− brandblusser en schop (er kunnen gedurende het
werken vonken ontstaan)
− eerste-hulp-materiaal
− eventueel mobiele telefoon
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
s
t
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
s
t
Voer vóór de ingebruikname en regelmatig gedurende het
werken de volgende controles uit. Houdt alstublieft in
ieder geval rekening met de overeenkomstige paragraven
in de gebruiksaanwijzing:
• Werd het toestel geheel en volgens de voorschriften
gemonteerd?
• Is het toestel in goede en veilige toestand?
• Zijn de handgrepen schoon en droog?
• Ga voor aanvang van de werkzaamheden na of:
− zich in het werkbereik geen andere personen, kinderen
of dieren bevinden
− u zonder hinder van obstakels kunt terugwijken
− de grond vrij van alle vreemde voorwerpen, struikgewas
en takken is.
− een veilige houding is aangenomen.
• Is de werkplaats vrij van struikelgevaren? Zorg dat uw
werkomgeving in orde is. Rommel kan ongevallen
veroorzaken. - Gevaar van struikelen!
• Houdt rekening met de omgevingsinvloeden:
−
Werk nooit bij ontoereikende lichtverhoudingen (bv bij
mist, regen, sneeuwjacht of schemering). U kunt details in
het valbereik niet meer herkennen – gevaar voor
ongelukken.
herkennen – ongevalgevaar!
− Gebruik het toestel niet in de nabijheid van brandbare
vloeistoffen of gassen – brandgevaar!
− De gebruiker is verantwoordelijk voor ongelukken of
gevaren die tegenover andere personen of hun
eigendom optreden.
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
• Zaag nooit met één hand. Houdt het toestel goed vast met
twee handen.
• Leg gedurende het werken met het toestel steeds de
draaggordel aan.
• Werk nooit
− met gestrekte armen
− aan moeilijk te bereiken plekken
− boven schouderhoogte
− op een ladder, een steiger of een boom staande.
• Werk op een slipvaste en gladde ondergrond.
Vermijdt een abnormale lichaamshouding. Zorg voor een
stabiele en uitgebalanceerde houding.
• Verander regelmatig de werkpostie, om een eenzijdige
werkhouding te voorkomen.
• Schakel bij pauzes het toestel uit en leg het zo neer, dat
niemand wordt bedreigd. Het toestel beveiligen tegen
onbevoegd gebruik.
106
r
u
c
t
i
e
s
–
r
u
c
t
i
e
s
–
Vóór het werk
s
t
r
u
c
t
i
e
s
-
B
e
d
i
e
n
i
n
g
s
t
r
u
c
t
i
e
s
-
B
e
d
i
e
n
i
n
g
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
t
V
e
i
l
i
g
h
e
i
d
s
i
n
s
t
r
u
c
t
• Werk nooit alleen. Houd voortdurend mondeling en visueel
contact met andere personen, zodat in geval van nood
onmiddellijk hulp kan worden geboden.
• Stop meteen de motor bij dreigend gevaar of in geval van
nood.
• Laat de machine nooit zonder toezicht draaien.
• Het toestel produceert schadelijke stoffen.
Laat de machine nooit in gesloten of slecht
geventileerde ruimten draaien. Zorg voor voldoende
luchtvervanging, wanneer u in inzinkingen, sloten of
benauwde omgevingen werkt. Er bestaat het gevaar van
een koolmonoxidevergiftiging of dood door verstikking!
• Beëindig de werkzaamheden direct, wanneer lichamelijk
ongemak optreedt (bv hoofdpijn, duizeligheid, misselijkheid,
enz.) – er staat een verhoogd gevaar voor ongelukken!
• Overbelast het toestel niet! U werkt beter en zeker met de
juiste belasting van de machine.
• Leg tijdens het werk pauzes in, zodat de motor kan
afkoelen.
• Zet het heet geworden toestel niet in het droge gras of op
brandbare voorwerpen.
• Raak de geluiddemper en motor nooit aan als de zaag
draait of kort nadat de zaag gestopt is. Gevaar voor
verbranding!
Trillingen
Wanneer personen met bloedcirculatiestoornissen te vaak
aan trillingen worden blootgesteld, kunnen beschadigingen aan
het zenuwsysteem of aan de bloedvaten optreden.
U kunt de trillingen reduceren :
- door stevige, warme arbeidshandschoenen
- verkorting van de werktijd (meerdere lange pauzes maken)
Consulteer een arts wanneer uw vingers opzwellen, u zich niet
goed voelt of uw vingers gevoelloos worden.
A
l
g
e
m
e
n
e
v
e
A
l
g
e
m
e
n
e
v
e
• Onderhoudt het toestel met zorgvuldigheid:
− Volg de onderhoudsinstructies en de instructies voor de
werktuigwissel.
− Zijn de handgrepen schoon en droog – vrij van olie en
hars?
• Monteer
slechts
de
snijwerktuigen.
Het gebruik van andere werktuigen en andere
toebehoren kan een verwondingsgevaar voor u betekenen.
• Onderzoek de machine op eventuele beschadigingen.
− Voordat de machine verder wordt gebruikt, moet
zorgvuldig
worden
beschermingsvoorzieningen
onderdelen foutloos en volgens de voorschriften
functioneren. Werk alleen met alle en op de juiste wijze
aangebrachte veiligheidsvoorzieningen en verander aan
het toestel niets, dat de veiligheid zou kunnen
belemmeren.
− Controleer of alle bewegende delen van de machine
goed functioneren en niet klemmen of beschadigd zijn.
i
e
s
–
G
e
d
u
r
e
n
d
e
h
e
t
w
e
r
i
e
s
–
G
e
d
u
r
e
n
d
e
h
e
t
w
e
r
i
l
i
g
h
e
i
d
s
v
o
o
r
s
c
h
r
i
f
t
e
n
i
l
i
g
h
e
i
d
s
v
o
o
r
s
c
h
r
i
f
t
e
n
voor
het
toestel
bestemde
onderzocht
of
en
licht
beschadigde
k
k
de