PAutomatische
programma's
M et de automatische programma's kunt u heel
A u t o m a t i s c h e p r o g r a m m a ' s
eenvoudig gerechten klaarmaken.U kiest het
programma en voert het gewicht van uw gerecht in.Het
automatische programma neemt de optimale instelling
over. U kunt kiezen uit 30 programma's.
Aanwijzingen
Neem het product uit de verpakking en weeg het.
■
Kunt u het exacte gewicht niet invoeren, rond het
dan naar boven of beneden af.
Plaats de levensmiddelen in de onverwarmde
■
binnenruimte.
Gebruik voor de programma's altijd vormen die
■
hittebestendig en geschikt zijn voor de magnetron,
bijv. van glas of keramiek. Neem hiervoor de
aanwijzingen voor de accessoires in de
programmatabellen in acht.
Gebruik voor een optimaal bereidingsresultaat alleen
■
ongeschonden levensmiddelen en vlees op
koelkasttemperatuur. Gebruik bij diepvriesgerechten
alleen levensmiddelen die direct uit de diepvries
komen.
Programma instellen
Het voorbeeld in de afbeelding: programma 3 met een
gewicht van 1 kilogram.
De functiekeuzeknop op Automatische
1.
programma's % zetten.
Op het display verschijnt het eerste
programmanummer en een voorstel voor het
gewicht.
Met de draaiknop het programmanummer 3 kiezen.
2.
Automatische programma's
Tip op het veld h.
3.
Op het display staat de gewichtsinstelling in de
focus.
Met de draaiknop een gewicht van 1 kilo instellen.
4.
Het apparaat stelt automatisch de tijdsduur in die bij
het gewicht past.
Tip op het veld start l stop.
5.
Het programma start. De tijdsduur loopt zichtbaar af, de
temperatuurbalk en de LED start l stop zijn verlicht.
Aanwijzingen
Voor de start kunt u via de velden % en ~/1
■
schakelen tussen de programma's en het gewicht.
Na de start kunnen het programmanummer en het
■
gewicht niet meer worden veranderd. U kunt het
ingestelde gewicht via het veld ~/1 opvragen.
Het programma is beëindigd
Er klinkt een signaal. Het programma is beëindigd, het
apparaat warmt niet meer op.
De functiekeuzeknop op de nulstand draaien.
Programma wijzigen
Ca. 4 seconden lang op het veld start l stop tippen.
1.
Het programma wordt teruggezet.
Nieuw programma kiezen.
2.
Werking onderbreken
Op het veld start l stop tippen of de apparaatdeur
1.
openen.
De werking wordt onderbroken, de LED start l stop
knippert.
De apparaatdeur sluiten.
2.
Tip op het veld start l stop.
3.
De werking wordt voortgezet, de LED start l stop
brandt.
nl
167