Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
Handgreep
5
Slangaansluiting wateringang
6
Bevestigingsmateriaal voor bevestigingsplaat
7
Bevestigingsplaat voor wandhouder
8
Wandhouder met spuithouder
9
De slanghaspel ontgrendelen
10
Waterslang
11
Slangstopper
12
Slangkoppeling met Aqua Stop
13
Spuit
14
Montage
Instructie
De montageplaats moet zo gekozen worden dat er geen
water in het gebouw kan stromen in geval van een lek.
Instructie
We raden een montagelocatie aan die beschermd is te-
gen direct zonlicht, zodat het apparaat en de slang niet
te warm worden.
Bevestigingsplaat monteren
De wandhouder is ontworpen voor montage op een
vlakke ondergrond.
Instructie
De meegeleverde pluggen zijn alleen geschikt voor
draagkrachtig metselwerk. Voor andere wandmateria-
len moeten speciale pluggen worden gebruikt.
1. Lijn de bevestigingsplaat voor de wandhouder uit
met behulp van een waterpas en markeer de boor-
gaten.
2. Boor de gaten (10 mm).
3. Steek de pluggen in de boorgaten.
4. Monteer de bevestigingsplaat voor de wandhouder
met de meegeleverde onderlegringen en schroe-
ven.
Afbeelding B
Wandhouder plaatsen
1. Haak de bovenste twee haken van de wandhouder
in.
2. Zwenk de wandhouder naar binnen zodat de twee
onderste haken in de onderste sleuven van de be-
vestigingsplaat vallen.
3. Schuif de wandhouder naar beneden totdat alle 4 de
haken stevig in de bevestigingsplaat zitten.
Afbeelding C
Inbedrijfstelling
Slanghaspel op de wandhouder plaatsen
LET OP
Gevaar voor letsel en beschadiging
Gevaar voor vallende slanghaspel.
Controleer of de slanghaspel goed vastzit.
1. Plaats de slanghaspel op de wandhouder. De slang-
haspel klikt automatisch vast.
Afbeelding D
De slanghaspel kan vrij worden gezwenkt, afhankelijk
van de ruimte op de wand.
Slangstopper verplaatsen
Als de lengte van de uitwendige slang moet worden ver-
lengd, kan de slangstopper worden verplaatst.
1. Draai de twee schroeven op de stopper los met een
Torx-schroevendraaier (T15).
2. Zet de stopper in de gewenste positie en schroef
hem vast.
Afbeelding E
1. Bevestig indien nodig de waterkraanaansluiting aan
de waterkraan. Sluit de toevoerslang aan op de wa-
terkraan.
2. Sluit de toevoerslang aan de zijkant op de waterin-
gang van de slanghaspel aan.
3. Sluit de spuit of andere KÄRCHER besproeiingstoe-
behoren aan op de waterslang.
Afbeelding F
4. De waterkraan openen.
1.
Sluit de spuit of andere KÄRCHER besproeiings-
toebehoren aan op de slangkoppeling van de water-
slang.
2. Trek de waterslang uit tot de gewenste lengte. De
vergrendelfunctie van de slanghaspel kan worden
geactiveerd op intervallen van ongeveer 25 - 45 cm.
Als de slang vergrendeld is, hoort u een klik.
VOORZICHTIG
Risico op letsel door intrekkende slang
Zorg ervoor dat er zich geen personen in de buurt van
de intrekkende slang bevinden.
LET OP
Beschadigingsgevaar
Zorg ervoor dat de waterslang vrij kan teruglopen. De
slang mag niet te vuil zijn wanneer deze automatisch
wordt opgewikkeld.
1. Maak de vergrendeling los door kort aan de water-
slang te trekken om het automatisch oprollen te
starten.
2. De waterslang wordt gelijkmatig opgerold.
Als de slang geblokkeerd is, trekt u de waterslang er
helemaal uit en laat u hem weer intrekken.
1. De waterkraan sluiten.
2. Laat de waterdruk uit het systeem ontsnappen door
de spuit kort open en dicht te draaien of door een
andere KÄRCHER besproeiingstoebehoren te ge-
bruiken.
VOORZICHTIG
Letsel- en beschadigingsgevaar door het niet in
acht nemen van het gewicht
Houd bij het vervoer rekening met het gewicht van het
apparaat.
1. Verwijder de slanghaspel van de wandhouder, zie
hoofdstuk De slanghaspel verwijderen en opber-
gen.
Afbeelding G
2. Gebruik de handgreep aan de bovenkant van de
slanghaspel voor transport.
Instructie
De slanghaspel kan dan zonder werktuig op de grond-
pin (*) worden geplaatst.
* Bijzondere toebehoren, niet inbegrepen in de levering-
Nederlands
Water aansluiten
Werking
Waterslang afrollen
Waterslang oprollen
Werking beëindigen
Vervoer
23
Werbung
