FrigoDC
7.3
Installatievoorwaarden controleren
A
LET OP!
Controleer of het voertuig voldoet aan de minimumeisen voor de installatie. De
correcte werking van de elektrische transportkoeling kan niet worden gega-
randeerd als hieraan niet wordt voldaan of als deze worden gewijzigd.
➤ Controleer of het voertuig is uitgerust met thermische isolatie met een k-
waarde van 0,4 W (m²/K) voor de laadruimte.
➤ Controleer of de voertuigeigenaar aan de eisen voor het gebruik van een
elektrische transportkoeling voldoet, bijvoorbeeld:
– Berekening van de vereiste koelcapaciteit
– Opslagtemperatuur van de te transporteren levensmiddelen
– Aantal keren per uur dat de deur wordt geopend
➤ Tref passende maatregelen om grote temperatuurschommelingen tijdens
het laden en lossen te voorkomen, bijvoorbeeld door een lamellengordijn
voor de deuren van de laadruimte of andere openingen op te hangen.
➤ Controleer de uitgangsspanning van de dynamo (14–15 V).
➤ Controleer of alle elektrisch bediende voertuigcomponenten correct en effi-
ciënt werken. Indien fouten of defecten worden vastgesteld, neem dan con-
tact op met de verantwoordelijke in de werkplaats en met de
voertuigeigenaar.
7.4
De gelijkstroomeenheid installeren
!
WAARSCHUWING!
Neem de originele aanwijzingen van de voertuigfabrikant en de voertuigspeci-
fieke montagehandleiding (Frigo DC VAK) in acht voor de montage van de
houder voor de gelijkstroomeenheid.
A
LET OP!
Voertuigen die zijn uitgerust met een elektrische transportkoeling en die over
een reservewiel beschikken, moeten worden uitgerust met een geschikte
reparatieset voordat het voertuig aan de gebruiker wordt overgedragen. Infor-
meer de voertuigeigenaar over het verwijderen van het reservewiel.
7.5
De verdamper installeren
7.5.1
Openingen in de isolatie maken
➤ Markeer de positie van de boorgaten (positie zie afb. 5, pagina 4).
➤ Boor twee gaten iets schuin in de isolatie (diameter zie afb. 5, pagina 4).
NL
De transportkoeling installeren
109