Aansluitingen
Aansluitingen zonder vlotterreservoir /
zonder voordrukpomp
A
A Wateraansluiting
B Hogedrukaansluiting
Aansluitingen zonder vlotterreservoir /
met voordrukpomp
A Wateraansluiting
B Hogedrukaansluiting
Inbedrijfstelling
GEVAAR
Verwondingsgevaar! Apparaat, toevoerlei-
dingen, hogedrukslang en aansluitingen
moeten in een perfecte toestand zijn. In-
dien de toestand niet perfect is, mag het
apparaat niet gebruikt worden.
Bediening
Veiligheidsinstructies
De gebruiker moet het apparaat voor het
juiste doel gebruiken. De gebruiker moet
rekening houden met de plaatselijke om-
standigheden en speciaal letten op perso-
nen die zich in de buurt bevinden.
Laat het apparaat niet zonder toezicht ach-
ter zolang het aan staat.
GEVAAR
– Gevaar voor verbranding door heet wa-
ter! Richt de hogedrukstraal niet op
mensen of dieren.
– Verbrandingsgevaar door hete onder-
delen van de installatie! Bij gebruik met
heet water mogen de niet-geïsoleerde
buizen en slangen niet worden aange-
raakt. Straalpijp alleen bij de greep rond
de buis vasthouden.
– De reinigingsmiddelen levert gevaar
voor vergiftiging of verbranding op!
Neem de aanwijzingen op de reini-
gingsmiddelen. Bewaar reinigingsmid-
delen op een plaats waar onbevoegden
niet bij kunnen.
GEVAAR
Levensgevaar door elektrische schok!
Richt de waterstraal niet op de volgende
zaken:
– Elektrische apparaten en installaties,
– de hier beschreven installatie zelf,
– alle stroomvoerende voorwerpen bin-
nen het werkgebied.
B
Door de waterstraal uit de straalpijp ont-
staat een terugslagkracht. Doordat de
straalpijp gebogen is, treedt er een op-
waartse kracht op.
GEVAAR
– Verwondingsgevaar! De terugslag van
de straalpijp kan u uit uw evenwicht
B
brengen. U kunt vallen. De straalpijp
kan in het rond vliegen en personen
verwonden. Kies een veilige plek en
houd het pistool goed vast. Klem de
hendel van het handspuitpistool nooit
vast.
– Richt de straal niet op anderen of uzelf,
teneinde kleding of schoenen te reinigen.
A
– Verwondingsgevaar door wegvliegen-
de onderdelen! Wegvliegende brok-
stukken of voorwerpen kunnen perso-
nen of dieren verwonden. Richt de wa-
terstraal nooit op breekbare of losse
voorwerpen.
– Kans op ongelukken door beschadi-
ging! Reinig wielen en ventielen met
een minimale afstand van 30 cm.
GEVAAR
Gevaar door gezondheidsschadelijke stof-
fen! Spuit de volgende materialen niet af,
omdat gezondheidsschadelijke stoffen in
de lucht kunnen worden verspreid:
– Asbesthoudende materialen,
– Materialen, die mogelijk gezondheids-
schadelijke stoffen bevatten.
GEVAAR
– Verwondingsgevaar door naar buiten
komende, eventueel hete waterstraal!
Alleen originele Kärcher-hogedrukslan-
gen zijn optimaal op de installatie afge-
stemd. Als er andere slangen worden
gebruik zijn wij niet aansprakelijk.
– Gezondheidsgevaar door reinigings-
middel! Door eventueel bijgemengde
reinigingsmiddelen heeft het door het
apparaat afgegeven water geen drink-
waterkwaliteit.
– Gevaar voor gehoorbeschadiging door
het werken aan geluidsversterkende
onderdelen. Draag in dit geval gehoor-
bescherming.
!
5
-
NL
Apparaattrillingen
WAARSCHUWING
Langere gebruiksduur van het apparaat
kan door de vibraties leiden tot doorbloe-
dingstoornissen in de handen.
Een algemeen geldende duur voor het ge-
bruik kan niet vastgelegd worden aange-
zien die afhangt van verschillende factoren:
– persoonlijke neiging tot slechte door-
bloeding (vaak koude vingers, kriebe-
len van de vingers).
– Lage omgevingstemperatuur. Warme
handschoenen dragen ter bescherming
van de handen.
– Stevig vasthouden hindert de doorbloe-
ding.
– Ononderbroken werking is slechter dan
een werking met pauzen.
Bij een regelmatig, langdurig gebruik van
het apparaat en bij herhaaldelijk optreden
van die symptomen (bijvoorbeeld kriebelen
van de vingers, koude vingers) bevelen wij
een medisch onderzoek aan.
Klaarmaken voor bedrijf
GEVAAR
Verwondingsgevaar door naar buiten ko-
mende, eventueel hete waterstraal!
GEVAAR
Controleer de hogedrukslang vóór ieder ge-
bruik altijd op beschadigingen. Vervang een
beschadigde hogedrukslang onmiddellijk.
Controleer de hogedrukslang, de leidin-
gen, armaturen en de straalpijp voor elk
gebruik op beschadigingen.
Controleer of de slangkoppeling goed
vast zit en niet lek is.
Uitschakelen in noodgevallen
Noodstopschakelaar van de installatie
op „0" zetten.
Watertoevoer sluiten.
Waterdruk aflaten.
Installatie inschakelen
Open de watertoevoer.
Installatie inschakelen aan de hoofd-
schakelaar.
Reiniging uitvoeren.
installatie uitschakelen
Installatie uitschakelen aan de hoofd-
schakelaar.
Watertoevoer sluiten.
Waterdruk aflaten.
Stillegging
Bij langere werkonderbrekingen of als
vorstvrije opslag niet mogelijk is, dienen de
volgende maatregelen te worden genomen
(zie het hoofdstuk „Onderhoudsvoorschrif-
ten",de paragraaf over „Vorstbeveiliging" :
Water aflaten.
Apparaat met antivriesmiddel spoelen.
Hoofdschakelaar uitschakelen en be-
veiligen.
63