Onderhoud
GEVAAR
Verwondingsgevaar door onverwacht star-
tend apparaat en elektrische schok
Voor alle werkzaamheden aan het appa-
raat moet het apparaat uitgeschakeld en de
stekker uitgetrokken worden.
Veiligheidsinspectie/
onderhoudscontract
Met uw handelaar kunt u een regelmatige
veiligheidsinspectie afspreken of een on-
derhoudscontract afsluiten. Gelieve ons
advies te vragen.
Voor elke werking
Aansluitkabel controleren op schade (ge-
vaar door elektrische schok), beschadig-
de aansluitkabel onmiddellijk laten ver-
vangen door een geautoriseerde klanten-
dienst / elektrotechnisch vakman.
Hogedrukslang controleren op bescha-
diging (barstgevaar).
Beschadigde hogedrukslang onmiddel-
lijk vervangen.
Apparaat (pomp) op dichtheid controleren.
3 druppels water per minuut zijn toegela-
ten en kunnen ontsnappen aan de onder-
kant van het apparaat. Bij sterkere
ondichtheid de klantendienst raadplegen.
Zeef in de wateraansluiting reinigen.
Filter aan de reinigingsmiddel-zuig-
slang reinigen.
Alle 500 bedrijfsuren, minstens
Laat het onderhoud van het apparaat
uitvoeren door de klantenservice.
Zeef in de wateraansluiting reinigen
Wartelmoer losschroeven.
Slangsteun met zeef verwijderen.
Zeef aan de buitenkant reinigen en af-
spoelen.
Instructie:
Zeskant van de slangsteun voor de aan-
sluiting in het apparaat uitrichten.
62
Wekelijks
jaarlijks
Slangsteun met zeef aanbrengen en
wartelmoer aanspannen.
Hulp bij storingen
GEVAAR
Verwondingsgevaar door onverwacht star-
tend apparaat en elektrische schok
– Voor alle werkzaamheden aan het ap-
paraat moet het apparaat uitgeschakeld
en de stekker uitgetrokken worden.
– Laat elektrische onderdelen enkel con-
troleren en repareren door de geautori-
seerde klantenservice.
– Raadpleeg bij storingen die in dit hoofd-
stuk niet worden vermeld, in geval van
twijfel en bij een uitdrukkelijke instructie
de geautoriseerde klantenservice.
Apparaat draait niet
Aansluitkabel controleren op schade.
Netspanning controleren.
Bij oververhitting van het apparaat:
Apparaatschakelaar op „0" stellen.
Apparaat gedurende minstens 15 minu-
ten laten afkoelen.
Apparaatschakelaar op „1" stellen.
Bij een elektrisch defect moet de klan-
tendienst geraadpleegd worden.
Apparaat komt niet op druk
Sproeier op „Hogedruk" stellen.
Apparaat ontluchten (zie „Inbedrijfstelling").
Zeef in de wateraansluiting reinigen.
Watertoevoerhoeveelheid controleren
(zie Technische gegevens).
Sproeikop reinigen.
Vervang de sproeier.
Indien nodig de klantendienst raadplegen.
3 druppels water per minuut zijn toege-
staan en kunnen aan de onderkant van het
apparaat ontsnappen.
Bij sterkere ondichtheid het apparaat
door de klantendienst laten controleren.
Zuigleidingen voor water en reinigings-
middel controleren op ondichtheid.
– 7
NL
Pomp ondicht
Pomp klopt