Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Instelling Van Deactivering Van Het Systeem En Reset Van Storingen; Instelling Van De Lagedrukdetectie (Kiwa); Set-Up Van De Uitgangen Out1, Out2 - DAB e.sybox Bedienungs- Und Wartungsanweisung

Vorschau ausblenden Andere Handbücher für e.sybox:
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 114

Instelling van deactivering van het systeem en reset van storingen

Het signaal dat het systeem activeert kan worden gegeven op een willekeurige ingang (zie voor de elektrische aansluitingen de handleiding van de
besturingseenheid). De functie voor deactivering van het systeem wordt verkregen door één van de waarden van de tabel 19 in te stellen, de parameter
Ix, die betrekking heeft op de ingang waarop het signaal, waarmee u het systeem wilt deactiveren, is aangesloten. Wanneer de functie actief is, wordt
het systeem compleet gedeactiveerd en wordt in de hoofdpagina het symbool F3 weergegeven. Als er tegelijkertijd meerdere deactiveringsfuncties van
het systeem geconfigureerd zijn op verschillende ingangen, signaleert het systeem "F3" als er minstens één functie geactiveerd wordt en wordt het alarm
opgeheven wanneer er geen enkele functie actief is. Om de functie "gedeactiveerd" effectief te laten worden op het systeem moet de ingang minstens 1
sec actief zijn. Wanneer het systeem gedeactiveerd is, moet de ingang minstens 1 sec niet actief zijn om de functie te deactiveren (heractivering van het
systeem). Het gedrag van de functie is samengevat in Tabel 18. Als er tegelijkertijd meerdere "gedeactiveerd"-functies geconfigureerd zijn op
verschillende ingangen, signaleert het systeem "F3" wanneer er minstens één functie geactiveerd wordt. Het alarm wordt opgeheven wanneer er geen
enkele ingang geactiveerd is. Met deze functie kunnen ook de eventuele aanwezige storingen gereset worden, zie tabel 19.
Gedrag van de functie deactivering van het systeem en reset van storingen' naargelang Ix en de ingang
Waarde
Parameter
Configuratie ingang
Ix
Actief met hoog signaal op de ingang (NO)
5
6
Actief met laag signaal op de ingang (NC)
7
Actief met laag signaal op de ingang (NC)
8
Actief met laag signaal op de ingang (NC)
9
Actief met hoog signaal op de ingang (NO)

Instelling van de lagedrukdetectie (KIWA)

De minimumdrukschakelaar die de lage druk detecteert kan worden verbonden met een willekeurige ingang (zie voor de elektrische aansluitingen
de handleiding van de besturingseenheid). De functie voor detectie van de lage druk wordt verkregen door de parameter Ix, die betrekking heeft
op de ingang waarop het activeringssignaal is aangesloten, in te stellen op één van de waarden van tabel 19. De activering van de
lagedrukdetectiefunctie leidt tot blokkering van het systeem na de tijd T1 (zie 9.6 - T1: uitschakeltijd na het signaal van lage druk). De functie is
ontwikkeld om de ingang te verbinden met het signaal dat afkomstig is van een drukschakelaar die een te lage druk op de aanzuiging van de pomp
signaleert. Wanneer deze functie actief is, verschijnt het symbool F4 in de hoofdpagina. De activering van deze functie veroorzaakt een blokkering
van de pomp zie zowel automatisch als handmatig gereset kan worden. Voor de automatische reset moet, om de foutconditie F4 op te heffen, de
ingang tenminste 2 sec gedeactiveerd zijn voordat het systeem deblokkeert. Om de blokkering handmatig te resetten, dient u de toetsen "+" en "-
" tegelijkertijd in te drukken en weer los te laten. Het gedrag van de functie is samengevat in Tabel 20.
Als er tegelijkertijd meerdere detectiefuncties van lage druk geconfigureerd zijn op verschillende ingangen, signaleert het systeem "F4" wanneer
er minstens één functie geactiveerd wordt en wordt het alarm opgeheven wanneer er geen enkele functie actief is.
Gedrag van de functie voor detectie van lage druk (KIWA) in functie van Ix en van de ingang
Waarde
Configuratie
Parameter
ingang
Ix
Actief met hoog
10
signaal op de
ingang (NO)
Actief met laag
11
signaal op de
ingang (NC)
Actief met hoog
12
signaal op de
ingang (NO)
Actief met laag
13
signaal op de
ingang (NC)
Set-up van de uitgangen
OUT1, OUT2
Tabel 19: Deactivering van het systeem en reset van storingen
Status
Ingang
Afwezig
Blokkering van het systeem wegens lage druk op de
Aanwezig
aanzuiging, automatische en handmatige reset
Blokkering van het systeem wegens lage druk op de
Afwezig
aanzuiging, automatische en handmatige reset
Aanwezig
Afwezig
Blokkering van het systeem wegens lage druk op de
Aanwezig
aanzuiging. Alleen handmatige reset
Blokkering van het systeem wegens lage druk op de
Afwezig
aanzuiging. Alleen handmatige reset
Aanwezig
In deze paragraaf worden de functies en de mogelijke configuraties van de uitgangen OUT1 en OUT2 van de I/O-
besturingseenheid, via wireless met de inrichting verbonden, middels de parameters O1 en O2 beschreven. Zie voor
de elektrische aansluitingen de handleiding van de besturingseenheid.
De fabrieksconfiguraties staan vermeld in Tabel 21..
NEDERLANDS
Status
ingang
Afwezig
Motor geactiveerd
Aanwezig
Motor gedeactiveerd
Afwezig
Motor gedeactiveerd
Aanwezig
Motor geactiveerd
Afwezig
Motor geactiveerd
Aanwezig
Motor gedeactiveerd + reset storingen
Afwezig
Motor gedeactiveerd + reset storingen
Aanwezig
Motor geactiveerd
Afwezig
Motor geactiveerd
Aanwezig
Fehlerrücksetzung
Werking
Normaal
Normaal
Normaal
Normaal
175
Werking
Weergave op display
Weergave op
display
Geen
F4
F4
Geen
Geen
F4
F4
Geen
Geen
F3
F3
Geen
Geen
F3
F3
Geen
Geen
Geen

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis