nEDERLanDs
Aanvullende Specifieke Veiligheidsregels
voor Boormachines/Schroevendraaiers/
Hamerboren
•
Draag oorbescherming als u de boorhamer gebruikt.
Door het geluid van het gereedschap kan uw gehoor
worden beschadigd.
•
Gebruik de hulphandgre(E)p(en) als die bij het
gereedschap worden geleverd. Als u de controle over het
gereedschap verliest, kan dat letsel veroorzaken.
•
Houd elektrisch gereedschap altijd vast aan de
geïsoleerde handgrepen wanneer er verborgen
bedrading bij het zagen geraakt zou kunnen worden. Als
een draad onder spanning wordt geraakt door het snijdende
hulpstuk, komen onbedekte metalen onderdelen van het
gereedschap onder spanning te staan en krijgt u mogelijk een
elektrische schok.
Zet met klemmen of op een andere praktische manier
•
het werkstuk vast op een stabiele ondergrond. Wanneer
u het werkstuk vasthoudt met de hand of tegen uw lichaam
gedrukt houdt, is het instabiel en kunt u de controle verliezen.
•
Draag een veiligheidsbril of andere bescherming van
uw ogen. Tijdens het werken met de boor of hamerboor
kunnen er kleine stukjes materiaal in het rond vliegen.
Vliegende deeltjes kunnen permanente beschadiging van de
ogen veroorzaken.
Accessoires en het gereedschap kunnen tijdens het
•
werken heet worden. Draag wanneer u ze hanteert
handschoenen als u toepassingen uitvoert waarbij warmte
vrijkomt, zoals werken met de hamerboor en het boren
in metaal.
•
Werk niet lang achtereen met dit gereedschap. Trilling
die wordt veroorzaakt door de slagboorwerking van het
gereedschap kunnen schadelijk zijn voor uw handen en
armen. Draag handschoenen zodat de trillingen worden
opgevangen en beperk de blootstelling door regelmatig
rustperioden in te lassen.
•
Ventilatieopeningen bedekken vaak bewegende
onderdelen en kunnen beter niet worden aangeraakt.
Loszittende kleding, sieraden of lang haar kunnen door
bewegende delen worden gegrepen.
Overige risico's
Ondanks het toepassen van de relevante
veiligheidsvoorschriften en het toepassen van
veiligheidsapparaten kunnen sommige overige risico's niet
worden vermeden. Dit zijn:
•
Gehoorbeschadiging .
•
Risico op persoonlijk letsel door rondvliegende deeltjes.
•
Risico van brandwonden omdat accessoires tijdens het
gebruik heet worden.
•
Risico van persoonlijk letsel als gevolg van langdurig gebruik.
Elektrische veiligheid
De elektrische motor is slechts voor één voltage ontworpen.
Controleer altijd of het voltage van de accu overeenkomt
82
met het voltage op het typeplaatje. Zorg er ook voor dat
het voltage van uw oplader overeenkomt met dat van
uw stroomvoorziening.
Uw D
WALT oplader is dubbel geïsoleerd in
e
overeenstemming met EN60335; daarom is geen
aarding nodig.
Als het stroomsnoer is beschadigd, moet het worden vervangen
door een speciaal geprepareerd snoer dat leverbaar is via het
D
WALT servicecentrum.
e
Een verlengsnoer gebruiken
U dient geen verlengsnoer te gebruiken, tenzij dit absoluut
noodzakelijk is. Gebruik een goedgekeurd verlengsnoer
dat geschikt is voor de stroominvoer van uw oplader (zie
Technische gegevens). De minimale geleidergrootte is 1 mm
de maximale lengte is 30 m.
Als u een haspel gebruikt, dient u het snoer altijd volledig af
te rollen.
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES
Laders
D
WALT laders hoeven niet te worden afgesteld en zijn zo
e
ontworpen dat zij zeer gemakkelijk in het gebruik zijn.
Belangrijke veiligheidsinstructies voor alle
acculaders
BEWAAR DEZE INSTRUCTIES: Deze handleiding bevat
belangrijke instructies voor de veiligheid en voor de bediening
van geschikte batterijladers (raadpleeg Technische Gegevens).
•
Lees voordat u de lader gebruikt, alle instructies en
aanwijzingen voor de veiligheid op de lader, de accu en het
product dat de accu gebruikt.
WAARSCHUWING: Gevaar voor elektrische schok. Laat
geen vloeistof in de lader dringen. Dit zou kunnen leiden
tot een elektrische schok.
WAARSCHUWING: Wij adviseren een aardlekschakelaar
met een reststroomwaarde van 30mA of minder
te gebruiken.
VOORZICHTIG: Gevaar voor brandwonden. Beperk
het risico van letsel, laad alleen oplaadbare accu's op
van het merk D
WALT. Andere typen accu's zouden uit
e
elkaar kunnen springen en persoonlijk letsel en schade
kunnen veroorzaken.
VOORZICHTIG: Houd toezicht op kinderen zodat zij niet
met het apparaat kunnen spelen.
OPMERKING: Onder bepaalde omstandigheden, wanneer
de stekker van de lader in het stopcontact zit, kunnen de
niet-afgedekte laadcontacten binnenin de lader door
materiaal of een voorwerp worden kortgesloten. Bepaalde
materialen die geleidend zijn, zoals, maar niet uitsluitend,
staalwol, aluminiumfolie of een opeenhoping van
metaalachtige deeltjes, kunnen beter bij de holtes van de
lader worden weggehouden. Trek altijd de stekker uit het
stopcontact wanneer er geen accu in de lader zit. Trek de
stekker van de lader uit het stopcontact voordat u de lader
gaat reinigen.
;
2