BEDIENING
LET OP:
Houd tijdens gebruik het gereed-
schap altijd stevig vast.
LET OP:
Forceer het gereedschap niet. Als
u het gereedschap forceert en er buitensporig veel
kracht op uitoefent, of als de schijf in de snede ver-
buigt, klemt of verdraait, kan dit leiden tot oververhit-
ting van de motor en gevaar voor terugslag van het
gereedschap.
LET OP:
Verzeker u ervan dat bij het doorslij-
pen van kunststof de doorslijpschijf niet overver-
hit raakt. ierdoor kan het werkstuk smelten.
LET OP:
Stoot of bots niet met de doorslijp-
schijf bij het starten of tijdens gebruik.
LET OP:
Draag tijdens gebruik altijd een vei-
ligheidsbril of spatscherm.
LET OP:
Schakel na gebruik altijd het gereed-
schap uit en w acht tot de schijf volledig tot
stilstand is gekomen voordat u het gereedschap
neerlegt.
Omlaag slijpen
KENNISGEVING:
Wees voorzichtig met betrek-
king tot het gebruik van de e ectieve slijprand
van de schijf om blootstelling aan slijpsel te
voorkomen.
KENNISGEVING:
Houd de doorslijpschijf
rechtop in het w erkstuk en voorkom dat tijdens
gebruik het gereedschap kantelt of slingert.
et de beschermkap in de juiste stand voor een ma i-
male bescherming tegen vonken en losse deeltjes
die door de doorslijpschijf worden uitgeworpen. oud
het gereedschap boven het werkstuk zonder dat de
doorslijpschijf het werkstuk raakt. Schakel het gereed-
schap in en wacht totdat de doorslijpschijf op het ma i-
mumtoerental draait. Breng daarna het gereedschap
langzaam omlaag op en in het werkstukoppervlak met
een gematigde snelheid, geschikt voor uw toepassing.
Draairichting vooruit
Fig.26
Draairichting achteruit
Fig.27
Recht slijpen
LET OP:
Verzeker u ervan dat de doorslijp-
schijf altijd omhoog draait op het punt w aar hij
slijpt. Anders kan het gereedschap ongecontroleerd
uit de snede worden geduwd.
KENNISGEVING:
Slijp in een rechte lijn en
oefen een regelmatige druk uit om een uniforme
snede door het w erkstuk te krijgen.
Plaats de zool van de stofopvangkap op het werkstuk
dat u wilt doorslijpen zonder dat de doorslijpschijf het
werkstuk raakt. Schakel het gereedschap in en wacht
totdat de doorslijpschijf op het ma imumtoerental draait.
Beweeg vervolgens het gereedschap langzaam plat en
soepel over het oppervlak van het werkstuk totdat het
slijpen klaar is.
Selecteer de draairichting achteruit voor duwend slij-
pen, en de draairichting vooruit voor trekkend slijpen.
Du w end slijpen met draairichting achteruit
Fig.28
Trekkend slijpen met draairichting vooruit
Fig.29
OPMERKING: Denk eraan dat de stofopvangkap
minder e ectief werkt bij trekkend slijpen omdat een
deel van het slijpsel zich binnenin de kap verspreidt
tegen de afzuigstroming in.
ONDERHOUD
LET OP:
Zorg altijd dat het gereedschap is
uitgeschakeld en de accu ervan is ver w ijderd
alvorens te beginnen met onderhoud of inspectie.
KENNISGEVING:
benzine, thinner, alcohol en dergelijke. Hierdoor
kunnen verkleuring, vervormingen en barsten
w orden veroorzaakt.
Om de VEILI
EID en BETROUWBAAR EID van
het gereedschap te handhaven, dienen alle reparaties,
onderhoud of afstellingen te worden uitgevoerd bij een
erkend Makita-servicecentrum of de Makita-fabriek, en
altijd met gebruik van Makita-vervangingsonderdelen.
De diamantschijf zuiveren
Als de diamantschijf minder goed slijpt, gebruikt u een
oude, opgebruikte, grofkorrelige slijpsteen van een
tafelslijpmachine of een betonblok om de diamantschijf
te zuiveren. Om dit te doen, zet u de slijpsteen van een
tafelslijpmachine of het betonblok stevig vast en slijpt
u e r i n .
Na gebruik
Reinig het stof binnenin het gereedschap door het
gereedschap enige tijd stationair te laten draaien.
Opeenhoping van stof in de motor kan leiden tot een
storing van het gereedschap.
De beschermkap en stofopvangkap
schoonmaken
Maak regelmatig de binnenkant van de beschermkap
en stofopvangkap schoon. Blaas of veeg al het vuil of
stof af dat zich erin heeft opgehoopt.
Fig.30: 1. Beschermkap 2. Stofopvangkap
55 NEDERLANDS
Gebruik nooit benzine, w as-