2 609 932 009 - Buch Seite 3 Mittwoch, 10. Dezember 2003 10:31 10
Draai de vleugelschroef voor de bevestigingsbeu-
gel 6 ongeveer 3 tot 4 mm naar buiten. Draai de
vleugelmoer 5 los en draai de schaafmachine om.
Draai de steunbeugel 11 in de steunbout 20.
Tijdens het vlakschaven moet de parallel-
geleider 12 gemonteerd zijn.
Monteer de parallelgeleider 12 (toebehoren) vol-
gens de afbeelding.
Draai de vleugelmoer 5 vast.
Duw de steunarm 14 tegen de schaafmachine-
greep en bevestig deze met de schroef.
Tijdens het vlakschaven moet de schaaf-
mesbescherming 9 gemonteerd zijn.
Steek de schaafmesbescherming 9 tot aan de
aanslag in de uitsparing en controleer de juiste
werking.
Ingebruikneming
Controleer voor de ingebruikneming of de
schaafmachine volgens de aanwijzingen
gemonteerd is. Controleer het vastzitten
van alle schroefverbindingen van de vlak-
en vandiktebank.
Stel de gewenste spaandiepte in op de schaaf-
machine.
Druk op de inschakelblokkering van de schaaf-
machine en druk op de aan/uit-schakelaar.
Zet de aan/uit-schakelaar vast met de bevesti-
gingsklem 7.
De bevestigingsklem mag alleen samen
met de vlak- en vandiktebank gebruikt
worden. Gebruik de bevestigingsklem
in geen geval met de handgevoerde
schaafmachine.
Verwijder voor het uitschakelen de bevestigings-
klem 7.
Snel uitschakelen is mogelijk door aan de kabel
van de bevestigingsklem 7 te trekken. Geadvi-
seerd wordt het gebruik van een veiligheidsscha-
kelaar (toebehoren Euro en GB).
Schaven (zie afbeelding
Begin met een geringe spaandiepte.
Plaats het werkstuk op de voetplaat en duw het
met een gelijkmatige voorwaartse beweging over
de schaafas. Duw daarbij het werkstuk licht aan.
Bewerk altijd slechts één werkstuk.
Herhaal het schaven in verschillende bewerkin-
gen tot het werkstukoppervlak helemaal ge-
schaafd is.
Houd tijdens de werkzaamheden de vingers bij-
een en plaats de duimen tegen de rand van het
werkstuk.
41 • 2 609 932 009 • TMS • 02.12.03
Gebruik bij het schaven van korte, smalle
werkstukken een geschikte toevoervoor-
ziening van verspaanbaar materiaal (bij-
voorbeeld een stuk hout) ter voorkoming
van terugslaan of vastklemmen van het
werkstuk.
De toevoerduwstok 22 van verspaanbaar materi-
aal kan volgens de afbeelding zelf worden ver-
vaardigd. Aan de onderzijde wordt schuurpapier
met een korrel van 40 of 60 vastgelijmd
(zie afbeelding
Parallelgeleider
Met de als toebehoren verkrijgbare parallelgelei-
der 12 kan worden geschaafd in hoeken van 90°
of van 90 tot 45°.
Monteer de parallelgeleider 12 (toebehoren) vol-
gens de afbeelding.
Om het werkstuk nauwkeurig haaks te schaven,
moet het werkstuk met het reeds geschaafde op-
pervlak tegen de parallelgeleider 12 worden ge-
plaatst. Het aandrukken mag alleen plaatsvinden
aan de parallelgeleider.
Vandikteschaven
(zie afbeelding
Voorbereiding
Trek altijd voor werkzaamheden aan het
apparaat de stekker uit het stopcontact.
Bevestig de vlak- en vandiktebank met twee lijm-
klemmen 3 (toebehoren).
Demonteer de schaafmesafscherming 9 die
eventueel is bevestigd.
Zet de schaafmachine naar binnen. Draai de
vleugelmoer 5 en de vleugelschroef voor de be-
vestigingsbeugel 6 vast.
Breng de instelmal 19 opzij van de vlak- en van-
diktebank aan (zie afbeelding
Stel de maximale spaandiepte in op de schaaf-
machine.
)
D
Doorlaathoogte instellen
De vandiktetafel wordt na het losdraaien van de
vleugelschroef voor verstelling van de doorlaat-
hoogte 10 met de verstelknop 4 als volgt inge-
steld.
Meet het werkstuk aan de dikste plaats.
Houd de vandiktetafel met de verstelknop 4 vast.
Stel de werkstukdikte min de gewenste spaan-
dikte in op de schaalverdeling 2.
Draai de vleugelschroef voor verstelling van de
doorlaathoogte 10 na het instellen vast.
Nederlands - 3
D
).
)
E
F
).