3. Duw de aandrijfriem in om er zeker van te zijn dat de
aandrijfriem de juiste spanning heeft.
A
74
4. Als u de aandrijfriem meer of minder dan 5 mm
kunt induwen (A), moet u de aandrijfriemspanning
De spanning van de aandrijfriem
aanpassen. Zie
aanpassen op pagina 74 .
5. Installeer de aandrijfriemkap met de bout voor de
aandrijfriemkap.
De spanning van de aandrijfriem
aanpassen
1. Draai de 4 moeren op de motorplaat om de
aandrijfriemspanning aan te passen.
a) Draai de moeren linksom om de motor omhoog
te brengen en de spanning te verhogen.
b) Draai de moeren rechtsom om de motor omlaag
te brengen en de spanning te verlagen.
1819 - 002 - 07.04.2022