DISTANCE (afstand)
Druk op de SET‐toets totdat de functie DISTANCE in het display verschijnt. Druk vervolgens op de UP‐ of
DOWN‐toets om de afstand in te stellen. De afstand is instelbaar van 0,0 – 99,9 km. De computer telt
terug vanaf de ingestelde waarde tot '0,0'. Zodra de ingestelde waarde is bereikt, klinkt er een
geluidssignaal. Indien u geen afstand instelt zal de computer de huidige afgelegde afstand weergeven
van 0,0 – 99,9 km.
CALORIES (calorieën)
Druk op de SET‐toets totdat de functie CALORIES in het display verschijnt. Druk vervolgens op de UP‐ of
DOWN‐toets om het aantal te verbrande calorieën in te stellen. Het aantal te verbrande calorieën is
instelbaar van 0,0 – 999 calorieën. De computer telt terug vanaf de ingestelde waarde tot '0,0'. Zodra de
ingestelde waarde is bereikt, klinkt er een geluidssignaal. Indien u het aantal te verbrande calorieën niet
instelt zal de computer het huidige aantal verbrande calorieën weergeven van 0,0 – 999 calorieën.
COUNT (aantal slagen)
Druk op de SET‐toets totdat de functie COUNT in het display verschijnt. Druk vervolgens op de UP‐ of
DOWN‐toets om het aantal slagen in te stellen. Het aantal slagen is instelbaar van 0 – 9999 slagen. De
computer telt terug vanaf de ingestelde waarde tot '0'. Zodra de ingestelde waarde is bereikt, klinkt er
een geluidssignaal. Indien u geen waarde instelt zal de computer het huidige aantal slagen weergeven
van 0 – 9999 slagen.
Hartslagmeting (PULSE)
Let op: deze functie op de hoofdcomputer is alleen van toepassing bij gebruik van een borstband (niet
meegeleverd). Deze functie werkt NIET met behulp van de handpulssensoren.
Tijdens het trainen geeft de computer het huidige aantal hartslagen per minuut weer van 40 ‐ 220
slagen per minuut. Indien er geen signaal via een borstband wordt doorgegeven, geeft het display 'P'
aan. Dit is een energiebesparende modus.
Conditiemeting (RECOVERY)
Let op: deze functie op de hoofdcomputer is alleen van toepassing bij gebruik van een borstband (niet
meegeleverd). Deze functie werkt NIET met behulp van de handpulssensoren.
• Druk na het trainen op de RECOVERY‐toets.
• Na 1 minuut geeft het display de conditie weer in een waarde van F1 t/m F6.
Conditiewaarde
F1
F2
F3
F4
F5
F6
Programma's
Programma 1 – 7: PRESET – voorgeprogrammeerde programma's
U kunt kiezen uit 7 voorgeprogrammeerde programma's.
• Selecteer programma P1 – P7 met de + en – toetsen. Druk SET om te bevestigen.
All manuals and user guides at all-guides.com
Omschrijving
Uitstekend
Zeer goed
Goed
Redelijk
Slecht
Zeer slecht
13