Meetbereik
20 mA
200 mA
2 A
10 A
7.4 Meetbereik voor wisselstroom (schakelaarpositie: A AC, mA AC).
De waarde wordt gemeten als echte effectieve waarde en als zodanig aangege-
ven (True RMS). Koppelingssoort naar keuze: AC of AC + DC. Voor de koppeling
AC + DC moet rekening worden gehouden met een extra afwijking van 1 % +
80 digits. Bij niet-sinusvormige signaalprofielen wordt de uitkomst onnauwkeu-
riger. Daardoor ontstaat voor de volgende Crest-factoren een extra afwijking.
Crest-factor 1,4 tot 3,0: extra afwijking + 1,5 %.
Crestfactor 3,0 tot 4,0: extra afwijking + 3,0 %.
Overbelastingsbeveiliging:
-
F1 A (600 V)-zekering, 10 kA (Bussmann BSS-1 of gelijkwaardig)
aan mA-ingang.
-
F15 A (600 V)-zekering, 100 kA (Bussmann KLK-15 of gelijkwaardig)
aan 10 A-ingang.
Meetbereik
Frequentiebereik
20 mA
200 mA
2 A
10 A
Maximale resolutie: 1 µA in 20 mA-bereik.
7.5 Meetbereik voor weerstanden (schakelaarpositie: Ω)
Overbelastingsbeveiliging bij weerstandsmetingen: 600 V
Meetbereik
Resolutie
200 Ω
2 kΩ
20 kΩ
200 kΩ
2 MΩ
20 MΩ
200 MΩ
2 GΩ *
2
*
Het 2 GΩ meetbereik moet met de toets
2
den (zie punt 5.1.1.4).
7.6 Meetbereik voor weerstanden met gereduceerde meetspanning: 0,6 V
(schakelaarpositie: LVΩ, Aanduiding in het display „LV")
Meetbereik
2 kΩ
20 kΩ
200 kΩ
2 MΩ
20 MΩ
200 MΩ
03/ 2011
Resolutie
Nauwkeurigheid van de meting
1 µA
± (0,2 % meetwaarde + 40 digits)
10 µA
± (0,2 % meetwaarde + 40 digits)
100 µA
± (0,2 % meetwaarde + 40 digits)
1 mA
± (0,2 % meetwaarde + 40 digits)
40 Hz ~ 500 Hz
500 Hz ~ 1 kHz
40 Hz ~ 500 Hz
500 Hz ~ 1 kHz
1 kHz ~ 3 kHz
40 Hz ~ 500 Hz
500 Hz ~ 1 kHz
40 Hz ~ 500 Hz
500 Hz ~ 1 kHz
1 kHz ~ 3 kHz
Nauwkeurigheid van de meting
10 mΩ
± (0,3 % meetwaarde + 30 digits)
100 mΩ
± (0,3 % meetwaarde + 30 digits)
1 Ω
± (0,3 % meetwaarde + 30 digits)
10 Ω
± (0,3 % meetwaarde + 30 digits)
100 Ω
± (0,3 % meetwaarde + 30 digits)
1 kΩ
± (5,0 % meetwaarde + 50 digits)
1 MΩ
± (5,0 % meetwaarde + 20 digits)
0,1 GΩ
± (5,0 % meetwaarde + 8 digits)
Resolutie
Nauwkeurigheid van de meting
0,1 Ω
± (0,6 % meetwaarde + 30 digits)
1 Ω
± (0,6 % meetwaarde + 30 digits)
10 Ω
± (0,6 % meetwaarde + 30 digits)
100 Ω
± (0,6 % meetwaarde + 30 digits)
1 kΩ
± (7,0 % meetwaarde + 50 digits)
1 MΩ
± (7,0 % meetwaarde + 20 digits)
BENNING MM 11
Nauwkeurigheid van de meting
± (0,8 % meetwaarde + 50 digits)
± (1,2 % meetwaarde + 80 digits)
± (0,8 % meetwaarde + 50 digits)
± (1,2 % meetwaarde + 80 digits)
± (2,0 % meetwaarde + 80 digits)
± (0,8 % meetwaarde + 50 digits)
± (1,2 % meetwaarde + 80 digits)
± (0,8 % meetwaarde + 50 digits)
± (1,2 % meetwaarde + 80 digits)
± (2,0 % meetwaarde + 80 digits)
Afvalspanning
800 mV max.
800 mV max.
1 V max.
1 V max.
Afvalspanning
800 mV max.
800 mV max.
1 V max.
1 V max.
.
eff
Max. nullastspanning
3,3 V
3,3 V
3,3 V
3,3 V
3,3 V
3,3 V
3,3 V
3,3 V
handmatig gekozen wor-
Max. nullastspanning
0,6 V
0,6 V
0,6 V
0,6 V
0,6 V
0,6 V
113