Koelkast opstellen en aansluiten
7.4
Koelkast opstellen
Ga als volgt te werk om de koelkast op te stellen:
Als u de condens met een slang wilt aftappen:
Monteer de afvoersteun (zie hoofdstuk „Afvoersteun monteren (optioneel)" op
pagina 147)
Maak de transportbeveiliging (hoofdstuk „Vergrendeling instellen" op
pagina 154) los.
Open de koellade.
Maak de blinde doppen (afb. 6, pagina 5) los.
Schuif de koelkast in de nis.
Bevestig de koelkast met geschikte schroeven (afb. 6, pagina 5).
Druk de blinde doppen (afb. 6, pagina 5) in de openingen.
7.5
Koelkast op gelijkspanning aansluiten
A
LET OP!
• Om spannings- en vermogensverlies te vermijden, moet de aansluit-
kabel zo kort mogelijk zijn en mag de kabel niet onderbroken
worden.
Vermijd daarom extra schakelaars, stekkers of verdeeldozen.
• Maak de koelkast en andere verbruikers los van de accu alvorens de
accu met een snellader op te laden. Overspanningen kunnen de
elektronica van de toestellen beschadigen.
De koelkasten kunnen met 12 V of met 24 V gelijkspanning gebruikt worden.
Voor de veiligheid is de koelkast uitgerust met een elektronische beveiliging tegen
verkeerd polen, die de koelkast beschermt tegen verkeerd polen bij de accuaanslui-
ting en tegen kortsluiting.
Ter bescherming van de accu schakelt de koelkast automatisch uit, als de spanning
niet meer voldoende is (zie de volgende tabel).
Uitschakelspanning
Herinschakelspanning
148
12 V
10,4 V
11,7 V
CRX
24 V
22,8 V
24,2 V
NL