ã=
Waarschuwing
Het apparaat mag in geen geval worden
aangesloten op elektronische
energiebesparingsstekkers.
Voor onze apparaten kunnen
netvoedingsinverters en sinusinverters
worden gebruikt. Netvoedingsinverters
worden gebruikt bij fotovoltaïsche
installaties die rechtstreeks zijn
aangesloten op het openbare
elektriciteitsnet. Bij losstaande systemen
(bijv. op schepen of in berghutten) die
geen rechtstreekse aansluiting op het
openbare elektriciteitsnet hebben, moet
een sinusinverter worden gebruikt.
Kennismaking met
het apparaat
De laatste bladzijde met de afbeeldingen
uitklappen. Deze gebruiksaanwijzing is
op meer dan één type van toepassing.
De uitrusting van de modellen kan
variëren.
Kleine afwijkingen in de afbeeldingen zijn
mogelijk.
Afb. 1
1-9
Bedieningselementen
10
Lichtschakelaar
11
Glasplateau in de diepvriesruimte
12
Verlichting (LED)
13
Glasplateau in de koelruimte
14
Chillerlade
15
Groentelade
16
Schroefvoetjes
17
Boter en kaasvak
18
Voorraadvak in de deur „EasyLift"
19
Vak voor grote flessen
A
Diepvriesruimte
B
Koelruimte
Bedieningselementen
Afb. 2
1
Toets Aan/Uit
Om het hele apparaat in en uit
te schakelen.
2
Toets „super" (Diepvriesruimte)
Om het supervriessysteem
in en uit te schakelen.
3
Temperatuurinsteltoetsen
diepvriesruimte
Met deze toetsen wordt de
temperatuur van de
diepvriesruimte ingesteld.
4
Temperatuurindicatie
Diepvriesruimte
De cijfers komen overeen met
de ingestelde temperaturen in
de diepvriesruimte in °C.
5
Alarmtoets
Om het alarmsignaal uit te
schakelen (zie hoofdstuk „Alarm
function").
6
Holiday-toets
Dient voor het in- en uitschakelen
van de vakantiemodus, zie het
hoofdstuk Vakantiemodus.
7
Temperatuurinsteltoetsen
koelruimte
Met deze toetsen wordt de
temperatuur van de koelruimte
ingesteld.
nl
63