MONO (monostand)*
2
Selecteer de mono-ontvangststand als u slechte
FM-ontvangst wilt verbeteren.
– "MONO-ON": om stereo-uitzendingen in
mono te horen.
– "MONO-OFF" (
): om stereo-uitzendingen in
z
stereo te horen.
REG*
2
(regionaal)
"REG-ON" (
) of "REG-OFF" instellen
z
(pagina 9).
LOUD (Loudness)
Hiermee kunt u het geluid goed horen met een
laag volume.
– "LOUD -ON": om hoge en lage tonen te
versterken.
– "LOUD -OFF" (
): om hoge en lage tonen niet
z
te versterken.
BTM (pagina 7)
*1 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Als FM wordt ontvangen.
Optionele apparaten gebruiken
Randapparatuur voor audio
Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan
te sluiten op de AUX-ingang (stereo mini-
aansluiting) op het apparaat en vervolgens de
bron te selecteren, kunt u het audioapparaat
beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume
kan worden aangepast voor elk verschil tussen
het apparaat en het draagbare audioapparaat.
Volg de onderstaande procedure:
Een draagbaar audioapparaat
aansluiten
1 Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2 Verlaag het volume op het apparaat.
3 Sluit het draagbare audioapparaat aan.
* Gebruik een rechte stekker.
Het volume aanpassen
Pas het volume voor elk aangesloten
audioapparaat aan voordat u het afspelen start.
1 Verlaag het volume op het apparaat.
2 Druk herhaaldelijk op (SOURCE) tot "AUX"
wordt weergegeven.
"FRONT IN" wordt weergegeven.
3 Start het afspelen op het draagbare
audioapparaat met een normaal volume.
4 Stel uw gebruikelijke luistervolume in op het
apparaat.
5 Druk herhaaldelijk op de selectietoets tot
"AUX" wordt weergegeven en draai de
volumeknop om het ingangsniveau aan te
passen (–8 dB tot +18 dB).
AUX
AUX
Verbindingskabel*
(niet bijgeleverd)
11