De volgende items kunnen worden ingesteld
(volg de paginaverwijzing voor meer informatie):
Setup (Instellen)
Clock Adjust (pagina 7)
CT (kloktijd) (pagina 12, 14)
Beep
De pieptoon inschakelen: "on", "off".
RM (bedieningssatelliet)
De werkingsrichting van de toetsen op de
bedieningssatelliet wijzigen.
– "NORM": de bedieningssatelliet in de
standaardpositie gebruiken.
– "REV": wanneer u de bedieningssatelliet
rechts op de stuurkolom monteert.
AUX Audio*
1
Het AUX-bronscherm inschakelen: "on", "off"
(pagina 21).
Auto Off
Automatisch uitschakelen na de gewenste tijd
wanneer het apparaat is uitgeschakeld: "NO",
"30sec" (seconden), "30min" (minuten),
"60min" (minuten).
Display (Scherm)
Demo (demonstratie)
De demonstratie inschakelen: "on", "off".
Image
Verschillende schermbeelden instellen.
– "All": alle beelden weergeven.
– "Movie": een film weergeven.
– "SA 1 – 3, All": de Spectrum Analyzer
weergeven.
– "Wall.P 1 – 3, All": een achtergrond
weergeven.
– "off": geen beelden weergeven.
Information
De items weergeven (afhankelijk van de bron,
enzovoort): "on", "off".
Dimmer
De helderheid van het scherm wijzigen.
– "Auto": het scherm automatisch dimmen
wanneer u de lichten inschakelt. (Alleen
beschikbaar wanneer de bedieningskabel voor
de verlichting is aangesloten.)
– "on": het scherm dimmen.
– "off": de dimmer uit te schakelen.
Illumination
De verlichtingskleur wijzigen: "Blue", "Red",
"Green".
Auto Scroll
Lange items automatisch laten rollen: "on",
"off".
Play Mode (Weergavestand)
Local (lokale zoekfunctie)
– "on": alleen afstemmen op zenders met sterke
signalen.
– "off": afstemmen met normale ontvangst.
Mono*
2
(monostand)
Mono-ontvangststand selecteren om slechte
FM-ontvangst te verbeteren: "on", "off".
Regional*
2
(pagina 13)
Zappin Time*
3
De afspeeltijd voor de ZAPPIN-functie
selecteren.
– "1" (ongeveer 6 seconden), "2" (ongeveer 9
seconden), "3" (ongeveer 30 seconden).
BTM (pagina 11)
*1 Als het apparaat is uitgeschakeld.
*2 Als FM wordt ontvangen.
*3 Als de CD-/USB-/iPod-bron is geactiveerd.
Optionele apparaten gebruiken
Randapparatuur voor audio
Door een optioneel draagbaar audioapparaat aan
te sluiten op de AUX-ingang (stereo mini-
aansluiting) op het apparaat en vervolgens de
bron te selecteren, kunt u het audioapparaat
beluisteren via de autoluidsprekers. Het volume
kan worden aangepast voor elk verschil tussen
het apparaat en het draagbare audioapparaat.
Volg de onderstaande procedure:
Een draagbaar audioapparaat
aansluiten
1 Schakel het draagbare audioapparaat uit.
2 Verlaag het volume op het apparaat.
3 Sluit het draagbare audioapparaat aan.
* Gebruik een rechte stekker.
vervolg op volgende pagina t
AUX
Verbindingskabel*
(niet bijgeleverd)
21