10 Algemene setup - vervolg
Voor de conductiviteit kunt u de volgende aanvullende opties selecteren:
– USP (% veiligheidsmarge lager dan grenswaarden Amerikaanse Farmacopee)
– E P PW (% veiligheidsmarge lager dan grenswaarden Europese Farmacopee
voor gezuiverd water)
– E PWFI (% veiligheidsmarge lager dan grenswaarden Europese Farmacopee
voor water voor injectie)
– J P Cond (% veiligheidsmarge lager dan grenswaarden Japanse Farmacopee)
De uv-lamp
Wanneer de stroom tot stand is gebracht, is de 6000TOCi klaar om aan te vangen met
TOC-metingen. Als u de sensor op dit punt wilt activeren, stelt u de uv-lamp in op 'On'.
Het duurt ongeveer één minuut voordat er waarden worden weergegeven. Het kan enige
tijd duren (ongeveer 4-24 uur) voordat de waarden stabiliseren terwijl de monsterleiding
wordt schoongespoeld en de TOC-sensor thermische stabiliteit heeft bereikt.
Auto Start
De 6000TOCi-sensor kan zo worden ingesteld dat de uv-lamp automatisch wordt
ingeschakeld wanneer een stroomuitval of storing is verholpen. Wanneer automatisch
herstel gewenst is, stelt u de Auto Start-optie in op 'ON'. Auto Start kan worden
geconfigureerd in Configure (C), c measurement c parameter setting
Het wordt aanbevolen de Auto Start-optie in te stellen op 'ON'. De standaardinstelling is 'OFF'.
Set Points
Op p. 2 van het menu Guided Setup (Begeleide setup) kunt
u een instelpunt configureren voor die meting. Zodra de
optie Set Point (Instelpunt) is ingesteld op Yes, selecteert
u het type instelpunt dat u wilt activeren. Wanneer u Off
selecteert, wordt het instelpunt uitgeschakeld. Wanneer
u een type instelpunt heeft geselecteerd, kunt u de nodige
parameters van het instelpunt configureren.
U kunt de volgende typen instelpunten selecteren:
– High (er moet een hoge waarde worden ingesteld)
– Low (er moet een lage waarde worden ingesteld)
– B etween (er moeten een hoge en een lage waarde
worden ingesteld)
– O utside (er moeten een hoge en een lage waarde
worden ingesteld)
Na het instellen van de instelpuntwaarde(n) kunt u een
relais selecteren uit de relais die op de transmitter
beschikbaar zijn en kunt u het relais voor het betreffende
instelpunt configureren. De relaisvertraging wordt ingesteld
op 10 seconden en de hysterese op 5%. Deze parameters
kunnen worden geconfigureerd in het instelpuntenmenu.
109