Probleemoplossing
Wanneer de Fantom-G niet naar verwachting functioneert, contro-
leert u eerst de volgende punten. Indien hiermee het probleem niet is
opgelost, raadpleegt u een handelaar of een Roland service Centrum.
* Wanneer een bericht tijdens een handeling in het scherm wordt weer-
gegeven, raadpleegt u Storingsmeldingen (p.318)
Problemen met betrekking op de
gehele Fantom-G
De stroom gaat niet aan.
Zorg, dat het netsnoer van de Fantom-G op juiste wijze op de
stroomingang en het stopcontact is aangesloten.
Problemen met betrekking op
geluid
Het volume verandert niet als er aan de VOLUME knop wordt
gedraaid.
Als u de DIGITAL OUT gebruikt, verandert de VOLUME knop
het volume niet. Pas het 'Master Level' aan (p.293).
Er is geen geluid.
Controleer de volgende punten.
• Is de stroom van aangesloten versterkers en luidsprekers aange-
zet> Is het volume helemaal laag gedraaid?
• Is de VOLUME knop helemaal laag gedraaid?
• Zijn de aansluitingen op juiste wijze gemaakt?
• Kunt u geluid horen door de koptelefoon?
Als er geluid is via de koptelefoon, is het mogelijk dat de aan-
sluitkabels defect zijn of dat er een storing is opgetreden in de
versterker/mengpaneel. Controleer de kabels en het verster-
ker/mengpaneel systeem nogmaals.
• Als er geen geluid is wanneer het toetsenbord wordt bespeeld,
controleer dan of de Local schakelaar op OFF is gezet.
• Zorg, dat de Local Switch parameter is ingeschakeld (p.293).
• Zijn alle tones in de Patch uitgezet?
Zet de 'Tone Switch' aan → vanuit het Single Play scherm drukt
u op [F8 (Tone Sw/Sel)].
• Is het huidige Part op External Part (externe MIDI uitvoer) inge-
steld?
• De Part niveau instellingen kunnen te laag zijn.
Ga naar de Level parameter, en controleer het niveau van elk
Part (p.134).
• Zijn de effectinstellingen correct?
Controleer de ON of OFF effect instellingen, de Effect Balance of
Level (p.150).
• Zijn de instellingen voor de uitvoerbestemming correct?
Controleer de verscheidene Output Assign instellingen (p.136).
• Is de uitbreidingskaart op juiste wijze geïnstalleerd?
Bij het selecteren van de instellingen die het gebruik van het
EXP1, 2 geluid bedingen, controleert u of de gespecificeerde uit-
breidingskaart op juiste wijze in de juiste ruimte is geïnstalleerd
312
(p.304, p.306).
• Is het volume verlaagd door pedaal handelingen of door MIDI
berichten (volume berichten of expressie berichten, ontvangen
van een extern MIDI apparaat?
• Is het Favorite Level op 0 ingesteld? (p.54).
In het geval van de Live/Studio mode kan de waarde van
volume berichten (Volume) en expressie berichten (Expression)
in het Part Information scherm worden bekeken (p.132).
• Zijn de Samples op juiste wijze geladen? (p.264).
Een specifiek Part is niet hoorbaar...
Controleer de volgende punten.
• Is het volumeniveau van het Part verlaagd?
Pas de Level parameter aan, om het volume van het Part dat
niet hoorbaar is te verhogen (p.134).
• Is het Part op mute ingesteld?
Zet de Mute Switch parameter op 'OFF' (p.134).
Specifieke toonhoogte reeksen zijn niet hoorbaar...
Is er een beperkte reeks noten ingesteld?
Als een specifiek aantal noten niet klinkt, controleert u de Key
Range instellingen van de Patch Tone, het Live/Studio Set Part.
• Tone Key Range
Key Range Lower/Upper parameter (p.94)
• Part Key Range
Key Range Lower/Upper parameter (p.135)
Het geluid is vervormd.
Controleer de volgende punten.
• Is er een effect dat het geluid vervormt toegepast?
• Als het geluid van een specifieke Patch of Part vervormd is, ver-
laagt u het volumeniveau van dat Part.
• Indien alle geluiden vervormd zijn, gebruikt u de VOLUME
knop om het volumeniveau te verlagen.
• Is de Output Gain overmatig hoog ingesteld?
In 'System' controleert u de 'Sound' parameter.
Toonhoogte is niet correct.
Controleer de volgende punten.
• Is de stemming van de Fantom-G onjuist?
Controleer de Master Tune parameter instelling (p.293).
• Is de toonhoogte veranderd door pedaal handelingen of door
Pitch Bend berichten die van een extern MIDI apparaat zijn ont-
vangen?
In het geval van de Live/Studio mode kan de waarde van Pitch
Bend berichten (Pitch Bend) en expressie berichten (Expression)
in het Part Information scherm worden bekeken (p.132).
• Zijn de Coarse Tune of Fine Tune parameters voor specifieke
Parts ingesteld?
Controleer de Coarse Tune parameter en de Fine Tune parame-
ter instellingen (p.137).