3. Verwijder maaisel uit de zak met de framehendel en
de zakhendel.
OPGELET: Sleep de zak niet wanneer u de
grasopvangbak leeg maakt om slijtage te
voorkomen.
Maaimodus wijzigen
Het product kan tijdens bedrijf worden gewijzigd naar
een van de drie verschillende maaimodi door op de
maaimodusknop te drukken.
•
Auto-modus - Het product past automatisch de
maaisnelheid aan op basis van de hoeveelheid te
maaien gras.
•
Let op: Het product is tijdens gebruik standaard
ingesteld op Auto-modus.
•
Boost-modus - Het product werkt op hoge snelheid,
ongeacht de hoeveelheid te maaien gras.
•
Terwijl het product in gebruik is, drukt u eenmaal
op de maaimodusknop om te wisselen van de
Auto-modus naar de Boost-modus. De
maaimodusknop gaat vervolgens branden.
•
ECO-modus - Het product werkt op lage snelheid,
ongeacht de hoeveelheid te maaien gras.
•
Terwijl het product in gebruik is, drukt u eenmaal
op de maaimodusknop om te wisselen van de
Boost-modus naar de ECO-modus. De
maaimodusknop gaat vervolgens branden en
knipperen.
•
Om terug te gaan naar de standaard Auto-modus
drukt u eenmaal op de maaimodusknop terwijl
het product in bedrijf is. De maaimodusknop
stopt vervolgens met knipperen.
WAARSCHUWING: Lees en begrijp het
hoofdstuk over veiligheid voordat u gaat
reinigen of reparaties of onderhoud gaat
uitvoeren.
Algemene aanbevelingen voor
onderhoud
De garantie op dit product omvat geen incorrecte of
onzorgvuldige bediening van het product door de
gebruiker. Om de volledige garantiedekking te houden,
dient de gebruiker het product te onderhouden zoals
aangegeven in de instructies van deze handleiding. Er
moeten verschillende afstellingen op verschillende
intervallen worden uitgevoerd om uw product in goede
conditie te houden.
•
Controleer het mes elk jaar op slijtage.
188
Let op: Als de bedieningshendel van de motor bij
gebruik wordt vrijgegeven, blijft het product in de huidige
maaimodus staan. Als het product automatisch stopt of
de gebruiker op de aan/uit-knop drukt, wordt de eerder
gebruikte maaimodus gewist uit het geheugen en begint
het product in de Auto-modus wanneer dit wordt gestart.
Statuslampje accu tijdens gebruik
Het display op de gebruikerscontrole-interface toont de
accucapaciteit en eventuele problemen met het
accupack. De accucapaciteit wordt weergegeven terwijl
de machine in bedrijf is.
LED-lampjes
Alle groene
LED's branden
LED 1, 2 en 3
branden
LED 1 en 2
branden
LED 1 brandt
LED 1 knippert Het accupack 5% - 0% opgeladen.
Als er tijdens gebruik een fout is opgetreden bij het
accupack knipperen alle vier groene LED's van het
display met de laadstatus van de accu. Verwijder het
accupack uit de machine en druk op de indicatorknop op
het accupack om de foutcode voor de fout weer te
geven. De LED's op het accupack branden en tonen een
foutcode wanneer een fout is opgetreden. Raadpleeg de
accuhandleiding voor een lijst met foutcodes en
oplossingen voor de fouten.
ONDERHOUD
De banden inspecteren
•
Houd de banden vrij van ongewenst materiaal en
chemicaliën om schade aan het rubber te
voorkomen.
•
Houd de banden uit de buurt van boomstronken,
stenen, geulen, scherpe voorwerpen en andere
voorwerpen die schade aan de banden kunnen
veroorzaken.
Algemene inspectie uitvoeren
•
Controleer of de bouten en moeren vastgedraaid
zijn.
•
Zorg ervoor dat er geen kabels vastgeklemd zitten.
Onderhoudsschema
Gebruik het onderhoudsschema voor de noodzakelijke
onderhoudsvereisten van uw product en om te zien
wanneer het onderhoud moet plaatsvinden. De
intervallen worden berekend op basis van het
Accustatus
Volledig opgeladen (100% ‐ 76%)
Het accupack 75% - 51% opgeladen.
Het accupack 50% - 26% opgeladen.
Het accupack 25% - 6% opgeladen.
851 - 003 - 23.10.2018