6
Eerste inbedrijfstelling
6.1
Overdracht aan de klant
De installateur moet de klant (gebruiker) de werking en het gebruik van
de warmteproducent en het buffervat uitleggen.
▶ Overhandig alle bijbehorende documenten aan de gebruiker.
6.2
Bedrijfsklaar maken
De inbedrijfstelling moet door de installateur van de cv-installatie of door
een geautoriseerd deskundige worden uitgevoerd.
▶ De warmtepomp volgens de aanwijzingen van de fabrikant of de des-
betreffende installatiehandleiding en de bedieningshandleiding in
bedrijf stellen.
7
Buitenbedrijfstelling
7.1
Installatie bij vorstgevaar buiten bedrijf stellen
▶ Wanneer de cv-installatie bij bestaand vorstgevaar niet wordt ge-
bruikt, de installatie overeenkomstig de handleiding voor de warmte-
pomp (of andere accessoires) buiten bedrijf stellen.
7.2
Milieubescherming
Milieubescherming is een ondernemingsprincipe van de Bosch-groep.
Kwaliteit van de producten, rendement en milieubescherming zijn voor
ons langetermijndoelstellingen. Wettelijke voorschriften en bedrijfs-
richtlijnen worden streng aangehouden.
Ter bescherming van het milieu gebruiken wij, rekening houdend met
bedrijfseconomische gezichtspunten, de best mogelijke processen,
techniek en materialen.
Verpakking
Voor wat de verpakking betreft, nemen wij deel aan de nationale verwer-
kingssystemen, die een optimale recyclage waarborgen. Alle gebruikte
verpakkingsmaterialen zijn milieuvriendelijk en kunnen worden herge-
bruikt.
Oude ketel
Oude toestellen bevatten materialen, die kunnen worden hergebruikt.
De componenten kunnen eenvoudig worden gescheiden en zijn eendui-
dig gemarkeerd. Daardoor kunnen de verschillende componenten wor-
den gesorteerd en voor recyclage worden aangeboden.
7.3
Afvoeren
▶ Laat de verpakking van het buffervat op milieuvriendelijke wijze ver-
werken.
▶ Breng het buffervat naar een geschikte verzamelplaats en voer deze
milieuvriendelijk af.
BT 50 HP – 6 720 821 241 (2017/09)
8
Onderhoud
Voor de bufferboilers zijn behalve geregelde visuele inspecties geen bij-
zondere onderhouds- en reinigingswerkzaamheden nodig.
▶ Gebruik alleen originele reserveonderdelen!
Aftappen
WAARSCHUWING: Er bestaat gevaar voor verbranding!
Heet water kan zware brandwonden veroorzaken.
▶ Laat het buffervat na de buitenbedrijfstelling vol-
doende afkoelen.
▶ Tap indien nodig het buffervat af via de aftapkraan aan de onderzijde
van de boiler (zie afb. 2, pagina 52).
Eerste inbedrijfstelling
55