Inhaltsverzeichnis
Werbung
Verfügbare Sprachen
Verfügbare Sprachen
3
VOORZORGEN BIJ
GEBRUIK
Lees de gebruikershandleiding.
•
Respecteer de gebruik- en de opslagvoorwaarden.
•
Plaats de camera in een schone, droge en goed geventileerde ruimte.
•
De installatie van de camera mag alleen worden uitgevoerd door een ervaren monteur die door de
fabrikant is opgeleid.
•
Voeg geen metalen voorwerpen in het apparaat om risico op elektrische schokken, vuur, kortsluiting
of gevaarlijke uitvloeisels te voorkomen.
•
Stel de camera niet bloot aan water en bewaar hem niet op een vochtige plaats zonder de waterproof
dop op de USB-connector (risico op elektrische schokken).
•
Gebruik alleen accessoires die bij het apparaat geleverd worden of die door de fabrikant als optie
worden voorgesteld.
•
Gebruik deze camera niet in de buurt van brandbare verdovingsmiddelen.
•
Gebruik deze camera niet in een omgeving met ioniserende straling.
•
Deze camera is geen steriel apparaat.
•
Opslag en installatie in de buurt van andere apparatuur kunnen de EMC-eigenschappen negatief
beïnvloeden.
•
Gebruik nooit bijtende of schurende middelen voor de reiniging van het apparaat, maar gebruik
alleen de desinfecterende producten die worden aanbevolen in hoofdstuk 7.
•
Stel het apparaat niet bloot aan waterdruppels of –spetters en vermijd gebruik in een vochtige
omgeving.
•
Andere kabels en accessoires kunnen de EMC-eigenschappen negatief beïnvloeden.
•
Controleer het apparaat voor elk gebruik op ruwe oppervlakken, scherpe hoeken of uitstekende
elementen die een risico voor de veiligheid kunnen betekenen.
•
Het apparaat is niet explosiebestendig . Gebruik het daarom nooit samen met brandbare
verdovingsmiddelen.
•
Plaats geen zware voorwerpen op het apparaat.
•
De apparaten die aansluiten op de ingangen/uitgangen moeten overeenkomen met IEC 60950-1.
•
Controleer het apparaat op beschadigingen voordat u het aansluit. Beschadigde kabels of connectoren
moeten onmiddellijk worden vervangen.
•
Het is raadzaam om in de operatiezaal een tweede camera ter beschikking te hebben die kan worden
gebruikt in geval van disfunctionering of beschadiging.
•
Controleer samen met de fabrikant vóór gebruik of uw endoscoop en uw lichtbron compatibel zijn.
•
Indien andere kabels of accessoires worden gebruikt dan gespecifi ceerd kan dit leiden tot een
emissieverhoging of een daling van de geluidsimmuniteit van het apparaat.
•
Plaats het apparaat nooit in de buurt van een warmtebron of op een locatie waar het wordt blootgesteld
aan trillingen en/of schokken.
•
De oppervlaktetemperatuur van de camera kan 41°C bereiken (na gebruik van een paar minuten).
Vermijd daarom elk contact met deze zone.
•
Niet geschikt voor gebruik bij aanwezigheid van verdovende gasmengsels met lucht, zuurstof of
lachgas.
•
De aanwezigheid van hoge interferentievelden (zoals sterke magnetische velden) in de installatiezone
moet worden vermeden. Deze interferentievelden kunnen leiden tot disfunctioneren van de camera.
•
Dit apparaat moet worden gebruikt op personen (patiënten) die in staat zijn om een
endoscopiebehandeling te ondergaan.
•
De camera is bestemd voor professioneel gebruik in een behandelkamer/operatiezaal.
•
Laat het apparaat niet vallen. SIuit een gevallen apparaat niet opnieuw aan, maar stuur het direct
naar de erkende leverancier of naar de serviceafdeling.
•
Stel het apparaat niet bloot aan grote hoeveelheden stof.
•
Het apparaat mag alleen worden geopend door een ervaren monteur die door de fabrikant is erkend.
•
Dit apparaat mag niet worden gewijzigd zonder toestemming van de fabrikant. Bij wijzigingen aan
het medisch apparaat moeten een inspectie en test worden uitgevoerd om er zeker van te zijn dat
het voldoet aan de veiligheidsinstructies.
110
Werbung
Kapitel
Inhaltsverzeichnis
