7.1. Vereiste netwerkmogelijkheden
Om het toestel als WLAN-radio te kunnen laten werken moet het netwerk de vol-
gende mogelijkheden bieden:
•
De voor het netwerk gebruikte router moet zijn voorzien van een DHCP-server-
functie zodat de computer of een ander apparaat in het netwerk automatisch
een IP-adres kan worden toegewezen.
•
Als u al zo'n router gebruikt, kunt u de WLAN-radio eenvoudig aan het netwerk
toevoegen.
8. Netwerkconfi guratie
Voor de internetradio zijn twee netwerkconfiguraties mogelijk: de WLAN-modus
(draadloos) of de LAN-modus (met Ethernetkabel)
•
Wanneer er een verbinding moet worden gemaakt met de Ethernetkabel, kiest u
in het configuratieprogramma de verbindingsoptie "WIRED". U kunt alle instel-
lingen achteraf handmatig wijzigen in de systeeminstellingen.
•
Wanneer u beschikt over een draadloos 802.11 a/b/g/n-netwerk, kunt u de inter-
netradio verbinden met het netwerk:
Bij de eerste ingebruikname moet u een Access Point (AP) kiezen en eventueel
de netwerksleutel invoeren. Vervolgens zoekt de radio altijd automatisch toe-
gang tot dit AP. Als het AP niet meer gevonden wordt, verschijnt er een melding.
9. Voeding aansluiten
Sluit de stekker van de meegeleverde adapter (modelnummer YN36W-
1200250VW) aan op de DC IN aansluiting van het toestel.
Om de stroomvoorziening in te schakelen, schakelt u het toestel in met de aan/
uit-schakelaar op de achterzijde.
10. Eerste ingebruikname
Bij de eerste ingebruikname bevestig de vraag "SETUP WIZARD START
NOW?" met YES, om het configuratieprogramma te starten.
108 van 180
Downloaded from
www.Manualslib.com
OPMERKING!
Als u "NO" kiest, kunt u in het volgende venster aangeven of de assis-
tent bij de volgende keer inschakelen van het toestel gestart moet wor-
den.
manuals search engine
Setup wizard
Start now?
NO
YES