Herunterladen Inhalt Inhalt Diese Seite drucken

Systeemoverzicht Lokale Bedrading; Eisen; Routering; Routing Van Transmissiebedrading - Daikin KHRQ23M29H Installationsanleitung

Vrviii system-außeneinheit
Inhaltsverzeichnis

Werbung

Verfügbare Sprachen
  • DE

Verfügbare Sprachen

  • DEUTSCH, seite 34
H1P~H8P .............. Controlelamp
H2P ........................ In voorbereiding of in testfunctie tijdens knipperen
H2P........................ Storingsdetectie wanneer ze brandt
HAP ....................... Controlelamp (servicemonitor - groen)
K1,K3..................... Magnetisch relais
K1R........................ Magnetisch relais (K2M, Y4S)
K2,K4..................... Magnetische contactgever (M1C)
K2R........................ Magnetisch relais (Y5S)
K3R........................ Magnetisch relais (Y1S)
K4R........................ Magnetisch relais (Y8S)
K5R........................ Magnetisch relais (Y2S)
K5R........................ Magnetisch relais (als optie)
K6R........................ Magnetisch relais (Y7S)
K7R,K8R................ Magnetisch relais (E1HC, E2HC)
K11R...................... Magnetisch relais (Y3S)
L1R,L2R ................ Reactievat
M1C,M2C............... Motor (compressor)
M1F,M2F................ Motor (ventilator)
PS.......................... Schakelende voeding
Q1DI ...................... Aardlekbeveiliging (levering door opdrachtgever)
Q1RP..................... Detectiecircuit fase-omkering
R1T........................ Thermistor (lucht, lamel)
R2T~R15T ............. Thermistor (H/E gas 1, H/E ontdooier 1, nakoel-
H/E-gas 1, nakoel-H/E-vloeistof, H/E-vloeistof 1,
zuigen 1, vloeistof 1, zuigen 2, H/E-gas 2, H/E-
ontdooier 2, nakoel-H/E-gas 2, vloeistof 2, H/E-
vloeistof 2)
R10 ........................ Weerstand (stroomsensor)
R31T,R32T ............ Thermistor (persen) (M1C,M2C)
R50,R59 ................ Weerstand
R90 ........................ Weerstand (stroomsensor)
R95 ........................ Weerstand (stroom beperken)
S1NPH................... Druksensor (hoog)
S1NPL ................... Druksensor (laag)
S1PH,S2PH........... Drukschakelaar (hoog)
SD1........................ Invoer beveiligingen
T1A ........................ Stroomsensor
V1R........................ Diodebrug
V1R,V2R................ Voedingsmodule
X1A~X9A ............... Connector
X1M ....................... Klemmenbord (voeding)
X1M ....................... Klemmenbord (besturing)
X2M ....................... Klemmenbord (relais)
Y1E~Y5E ............... Elektronische expansieklep (hoofd 1, nakoelen 1,
hoofd 2, vullen, nakoelen 2)
Y1S~Y10S ............. Elektromagnetische klep (RMTG, 4-wegklep H/
E-gas 1, RMTL, heet gas, EV-by-pass 1, RMTT,
RMTO, 4-wegklep H/E-gas 2, EV-by-pass 2)
Z1C~Z12C ............. Ontstoringsfilter (ferrietkern)
Z1F ........................ Ontstoringsfilter (met spanningsbeveiliging)
L1,L2,L3................. Fasegeleider
N ............................ Spanningsvrij
............... Lokale bedrading
................. Klemmenblok
......................... Connector
......................... Klem
REYAQ10~16P7Y1B
Buitenunit van het VRVIII-systeem
4PW62582-1A – 08.2011
.......................... Aardgeleiding (schroef)
BLK ........................ Zwart
BLU ........................ Blauw
BRN ....................... Bruin
GRN ....................... Groen
GRY ....................... Grijs
ORG....................... Oranje
PNK........................ Roze
RED ....................... Rood
WHT....................... Wit
YLW ....................... Geel
INFORMATIE
Het bedradingsschema op de buitenunit geldt alleen voor
de buitenunit.
Zie
voor
de
binnenunit
componenten het bedradingsschema van de binnenunit.

12.3. Systeemoverzicht lokale bedrading

De lokale bedrading bestaat uit de voeding (altijd inclusief aarding)
en de binnen-buitencommunicatiebedrading (=transmissie).

12.4. Eisen

De voeding moet worden beschermd met de vereiste veiligheids-
inrichtingen. Dit betekent een hoofdschakelaar, een trage zekering
op elke fase en een aardlekbeveiliging conform de geldende
wetgeving.
Raadpleeg voor het kiezen en op maat maken van de bedrading de
geldende wetgeving. De informatie in de onderstaande tabel is
daarop gebaseerd:
Fase en
frequentie
Spanning
REYAQ10
3N~ 50 Hz
380~415 V
REYAQ12
3N~ 50 Hz
380~415 V
REYAQ14
3N~ 50 Hz
380~415 V
REYAQ16
3N~ 50 Hz
380~415 V
Transmissiebedrading
dient
een
2
hebben van 0,75~1,25 mm
. Voor de transmissiebedrading bedraagt
de maximale draadlengte 1000 m.
Als de totale transmissiebedrading deze grenswaarden overschrijdt,
dan kan dat leiden tot communicatiestoringen.

12.5. Routering

Het is belangrijk om de voedingskabels en de transmissiebedrading
van elkaar gescheiden te houden. Om elektrische storing te
voorkomen dient de afstand tussen beiden overal minimaal 25 mm te
bedragen.

Routing van transmissiebedrading

De transmissiebedrading dient te worden samengebonden en samen
met de lokale leidingen als volgt te worden gelegd:
3
6
2
4
6
1
5
6
Lokale leidingen kunnen van links, rechts of de voorzijde worden
gelegd. Zie "10.2. De koelmiddelleiding aansluiten" op pagina 14.
of
optionele
elektrische
Max.
Aanbevolen
stroomsterkte
zekeringen
22,1 A
25 A
22,3 A
25 A
32,8 A
40 A
33,0 A
40 A
dwarsdoorsnedeoppervlak
te
1 Vloeistofleiding
2 HP/LP-gasleiding
3 Afwerkkleefband
4 Zuiggasleiding
5 Transmissiebedrading
6 Isolatiemateriaal
Montagehandleiding
20

Quicklinks ausblenden:

Werbung

Inhaltsverzeichnis
loading

Inhaltsverzeichnis