INHOUD
HET MONTEREN ..................................................... 25
MONITOR ................................................................. 28
ONDERHOUD .......................................................... 29
OPMERKINGEN EN
ADVIEZEN
Deze gids is een essentieel onderdeel
van uw fietsergometer. Lees deze gids
zorgvuldig door vóórdat u begint met
monteren, gebruiken of onderhouden
van uw fietsergometer. Bewaar de gids
op een handige plaats. U kunt er, nu
en in de toekomst, nuttige informatie
uithalen die u nodig heeft voor het
gebruik en het onderhoud van de
apparatuur. Volg de instructies altijd met
zorg op.
GEZONDHEID
• Laat uw conditie door uw huisarts
controleren voordat u begint met trainen.
• Bij misselijkheid, duizeligheid of andere
abnormale symptomen moet u direct
stoppen met de training en een arts
raadplegen.
• Om spierpijn te voorkomen, begint u
de training met een warming up en sluit
u die af met cooling-down (langzaam
fietsen met geringe weerstand). U sluit
de training af met stretch oefeningen.
DE TRAININGSRUIMTE
• Plaats de trainer op een vlakke en
stevige ondergrond. Bescherm de vloer
onder de trainer tegen beschadiging.
• Zorg voor voldoende ventilatie tijdens
de training, maar zorg dat u niet op de
tocht zit.
• Tijdens de training is de toegestane
gebruikstemperatuur tussen +10º
en +35°C; voor opslag gelden de
temperaturen tussen -15° en +40°C.
2 4
De luchtvochtigheid in de trainings- of
opslagruimte
mag nooit hoger dan 90 % zijn.
HET GEBRUIK VAN DE TRAINER
• Ouders en verzorgers van kinderen
moeten er rekening mee houden dat
kinderen speels zijn en graag alles
uitproberen. Dit kan ertoe leiden dat de
trainer wordt gebruikt op een manier
waarvoor deze niet bedoeld is. Als
kinderen de trainer mogen gebruiken
moet u als ouder of verantwoordelijke
rekening houden met de lichamelijke
en psychische ontwikkeling en vooral
de aard van het kind. Vertel kinderen
duidelijk hoe de trainer moet worden
gebruikt en houd toezicht. De trainer is
geen geval bedoeld als speelgoed.
• Controleer voor de training of het
apparaat goed functioneert. Train nooit
op een defect apparaat.
• De trainer mag uitsluitend door één
persoon tegelijk gebruikt worden.
• Houd bij het op- en afstappen het stuur
vast.
• Draag tijdens de training de juiste
kleding en geschikte schoenen.
• Gebruik de trainer alleen als alle
afschermingen en omkastingen
geplaatst zijn.
• Voer alleen die
onderhoudsverrichtingen en afstellingen
uit die in deze handleiding beschreven
zijn. Volg de onderhoudsinstructies van
de handleiding nauwkeurig op.
• Gebruik de trainer uitsluitend voor het
doel waarvoor deze is gemaakt en zoals
hierna beschreven wordt.
• Zorg ervoor dat de monitor niet met
water in aanraking komt. Veeg de
monitor altijd af met een zachte en
absorberende doek als er zweetdruppels
op gevallen zijn. Reinig de monitor niet
met oplosmiddelen.
• Druk op de toetsen met uw
vingertoppen; nagels kunnen de
toetsmembranen beschadigen.