Inklapbare schroefgeleider (Fig. 12)
De schroefgeleider kan worden ingeklapt. Door de
schroefgeleider in te klappen is minder ruimte nodig om
het gereedschap op te bergen.
Verlenghandgreep
(los verkrijgbaar accessoire) (Fig. 13)
Door de verlenghandgreep te gebruiken kunt u schroe-
ven in vloeren indrijven terwijl u rechtop staat.
BEDIENING
Bediening voor inschroeven (Fig. 14)
Schakel het gereedschap in door de trekschakelaar en
de vergrendelknop tegelijkertijd in te drukken. Houd het
gereedschap recht tegen het werkstuk en druk het naar
voren. De schroef wordt automatisch naar de inschroef-
positie gebracht en in het werkstuk gedraaid.
LET OP:
• Houd het gereedschap altijd haaks op het oppervlak
waarin u schroeft. Als u het gereedschap onder een
hoek houdt, kan de schroefkop worden beschadigd en
het bit slijten. Tevens kan dit leiden tot onvoldoende
ingedraaide schroeven.
• Houd het gereedschap altijd stevig gedrukt tegen het
oppervlak waarin u schroeft tot het schroeven klaar is.
Als u dit niet doet, kan dit leiden tot onvoldoende inge-
draaide schroeven.
• Wees voorzichtig dat u niet een schroef draait in een
reeds ingedraaide schroef.
• Bedien het gereedschap niet zonder dat er een
schroefband is geplaatst. Hierdoor zal het oppervlak
waarin u probeert te schroeven worden beschadigd.
Schroeven in hoeken (Fig. 15)
Dit gereedschap kan worden gebruikt voor inschroeven
op minimaal 15 mm van de muur vandaan, zoals afge-
beeld in Fig. 15.
LET OP:
• Indien u inschroeft op een plaats die minder dan
15 mm van de muur is verwijderd, of inschroeft terwijl
de stopvoet de muur raakt, kunnen de schroefkoppen
beschadigd raken en zal de bit rapper verslijten.
Bovendien zullen de schroeven dan mogelijk niet goed
vastgezet zijn en kan het gereedschap defect raken.
20
ONDERHOUD
LET OP:
• Zorg altijd dat het gereedschap is uitgeschakeld en zijn
stekker uit het stopcontact is verwijderd alvorens te
beginnen met inspectie of onderhoud.
• Gebruik nooit benzine, wasbenzine, thinner, alcohol en
dergelijke. Hierdoor het verkleuring, vervormingen en
barsten worden veroorzaakt.
Vervangen van koolborstels
Verwijder en controleer regelmatig de koolborstels. Ver-
vang de koolborstels wanneer ze tot aan de limietmarke-
ring versleten zijn. Houd de koolborstels schoon, zodat
ze gemakkelijk in de houders glijden. Beide koolborstels
dienen gelijktijdig te worden vervangen. Gebruik uitslui-
tend gelijksoortige koolborstels. (Fig. 16)
Gebruik een schroevendraaier om de kappen van de
koolborstelhouders te verwijderen. Haal de versleten
koolborstels eruit, schuif de nieuwe erin, en zet daarna
de kappen weer goed vast. (Fig. 17)
Om de VEILIGHEID en BETROUWBAARHEID van het
product te handhaven, dienen alle reparaties en alle
andere onderhoudswerkzaamheden of afstellingen te
worden uitgevoerd door een erkend Makita Servicecen-
trum, en dat uitsluitend met gebruik van Makita vervan-
gingsonderdelen.
OPTIONELE ACCESSOIRES
LET OP:
• Deze accessoires of hulpstukken worden aanbevolen
voor gebruik met het Makita gereedschap dat in deze
gebruiksaanwijzing wordt beschreven. Het gebruik van
andere accessoires of hulpstukken kan gevaar voor
persoonlijke verwonding opleveren. Gebruik de acces-
soires of hulpstukken uitsluitend voor het gespecifi-
ceerde doel.
Wenst u meer informatie over deze accessoires, neem
dan contact op met het dichtstbijzijnde Makita service-
centrum.
• Phillips bit
• Schroefstrip voor muurschroeven
• Verlenghandgreep
• Plastic draagkoffer
OPMERKING:
• Sommige van de onderdelen in deze lijst kunnen bijge-
leverd zijn als standaard-accessoires. Deze access-
oires kunnen per land verschillend zijn.