DEMONTAGE/MONTAGE VAN DE ARM VAN DE DERDE BORSTEL
OPMERKING
Dit is een basisprocedure die indien nodig weer door andere procedures wordt opgeroepen.
WAARSCHUWING!
Deze procedure is alleen van toepassing op de veegmachines die vooraf gereed zijn gemaakt voor de volgende
uitrustingen:
−
sneeuwruimeruitrusting met borstel
−
sneeuwruimeruitrusting met frees
Demontage
1.
Verplaats de derde borstel (21, Afb. G) en laat de aanzuigmond (23) zakken, ga te werk zoals beschreven in het specifi eke
deel.
2.
Zet de dieselmotor uit en trek de parkeerrem (13, Afb. E) aan.
3.
Sla met een geschikt hijssysteem (1, Afb. AZ) de onderarm van de derde borstel (2) in een strop op de afgebeelde punten en
houd daarbij de veiligheidsnormen in acht. Verplaats de leidingen en de elektrische kabels zodat ze niet geplet worden tijdens
het ophijsen.
Gewicht van de arm van de derde borstel: ca. 90 Kg (198,4 lb).
4.
Snijd de bandjes (3, Afb. AZ) die de kabels en leidingen vasthouden, door.
5.
Ontkoppel de drie elektrische stekkers (4, Afb. AZ).
6.
Ontkoppel het snelle koppelingsmechanisme (5, Afb. AZ) van de installatie voor stofbestrijding van de overeenkomende
koppeling van de slang (6) en breng de betreffende beschermdoppen aan.
7.
Ontkoppel de zeven snelle koppelingsmechanismen (7, Afb. AZ) van de hydraulische installatie van de overeenkomende
koppelingen van de slangen (5) en breng de beschermdoppen aan.
8.
Schroef de moer (8, Afb. AZ) los die de cilinder (9) aan de onderarm van de beweging van de derde borstel vastzet en zet de
cilinder vast aan de machine met de juiste bandjes.
9.
Een beetje spanning op het hijssysteem (1, Afb. AZ) zetten en de vier moeren (10) losschroeven die de onderarm van de
derde borstel vastzetten aan de machine.
10.
Haal de arm en de onderarm van de derde borstel (2, Afb. AZ) eruit.
Montage
11.
Monteer de verwijderde onderdelen in de omgekeerde volgorde van de demontage.
12.
Controleer de positie van de derde borstel en stel deze indien nodig af (zie de procedure in het specifi eke deel).
ONDERHOUD IN DE WINTER
Volg tijdens de wintermaanden zorgvuldig de onderhoudsprocedures die hier worden beschreven.
Procedures voor opslag van de veegmachine of voor veegmachines die bij temperaturen lager dan 0°C (+32°F) werken
1.
Leeg de waterleidingen en -tanks.
2.
Leeg en reinig/vervang het waterfi lter.
3.
Voeg antivries toe aan de watertanks (controleer hoeveelheid per liter).
4.
Activeer de waterpomp om de antivriesvloeistof in het watersysteem te laten circuleren totdat het uit de leidingen van de
borstels, uit de leiding van de aanzuigmondbuis en uit de leiding van de achterste buis (waar van toepassing) loopt (zie de
betreffende delen). Stop de pomp wanneer de vloeistof uit de spuitmonden stroomt.
5.
Start de dieselmotor (zie het betreffende deel).
6.
Laat de antivriesvloeistof onder hoge druk door het watersysteem stromen totdat de vloeistof uit de spuitmond komt door de
pomp te activeren met de hendel in de cabine (zie de betreffende delen). Stop de pomp wanneer de antivriesvloeistof naar
buiten stroomt.
LET OP!
Gebruik het stofneerslagsysteem niet wanneer de omgevingstemperatuur lager dan 0°C (+32°F) is wanneer er ijs
kan ontstaan op de vloer.
Procedures voor de tweede opslagmaand
7.
Vervang de motorolie en het bijbehorende fi lter (zie de betreffende delen).
8.
Vul de brandstoftank (zie het betreffende deel).
9.
Smeer de machine.
10.
Laad de accu op.
11.
Controleer de bandenspanning (zie het betreffende deel).
Procedures voor de derde opslagmaand
8.
Herhaal dezelfde procedures voor de tweede maand.
9.
Sluit elke maand een acculader aan en houd de accu 12/24 uur opgeladen.
GEBRUIKSAANWIJZING
RS 1300
33014091(3)2008-02 A
NEDERLANDS
45