Max. watertemperatuur
Veiligheidsklasse
Veiligheidsklasse (stof, water)
4.2
Nominale spanning
Nominale spanning
Nominale frequentie
Nominale stroom
5
Ingebruikname en werkvoorbereidingen
5.1
Booraanzeteenheid monteren
ATTENTIE
Gevaar voor letsel Gevaar door het onbedoeld in werking treden van het diamantkernboorapparaat.
▶ Het diamantkernboorapparaat mag tijdens onderhoudswerkzaamheden niet aangesloten zijn op het
elektriciteitsnet.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel! De boorkolom kan bij unzureichender bevestiging draaien of kantelen.
▶ Bevestig de boorkolom voor het gebruik van het diamantboorsysteem met ankers of door een vacuüm-
voetplaat op het te bewerken ondergrond.
▶ Gebruik alleen ankers, die voor de aanwezige ondergrond geschikt zijn en neem de aanwijzingen van de
fabrikant van het anker in acht.
▶ Gebruik een vacuümvoetplaat alleen als de aanwezige ondergrond voor de bevestiging van de boorkolom
met een vacuümbevestiging geschikt is.
De ingangsspanning moet overeenkomen met de gegevens op het typeplaatje van de diamantboormachine.
Verbind een 110 V booraanzeteenheid alleen met een 110 V diamantboormachine.
De booraanzeteenheid mag alleen op door Hilti geadviseerde diamantboormachines worden aangesloten.
1. Controleer of de slede geschikt is voor de montage van een booraanzeteenheid.
2. Vergrendel de slede met de slee-arretering.
3. Breng de booraanzeteenheid op de slede aan.
Controleer dat de booraanzeteenheid gelijkmatig op de slede aanligt. Wijzig zo nodig de positie
van de slede, tot de booraanzeteenheid correct aanligt.
4. Steek de bevestigingsbout door de sleuven in de booraanzeteenheid.
5. Draai de bevestigingsbout met de hand vast.
6. Verwijder het handwiel.
7. Maak een verbinding van de waterslang naar de diamantboormachine.
8. Verbind de watertoevoer met de booraanzeteenheid.
9. Mechanische verbinding tussen de boorautomaat en de slede controleren.
5.2
Elektrische verbinding maken
1. Verwijder de afdekkingen van de verbindingsbus en de verbindingskabel.
Schuif de afdekkingen in elkaar als bescherming tegen verontreiniging.
2. Verbind de verbindingskabel met de verbindingsbus.
34
Nederlands
Printed: 22.05.2019 | Doc-Nr: PUB / 5209129 / 000 / 07
110 V
220 V ... 240 V
50 Hz ... 60 Hz
50 Hz ... 60 Hz
0,6 A
0,4 A
3
≤ 30 ℃
Veiligheidsklasse I (randgeaard)
IP 55
380 V ... 415 V
50 Hz ... 60 Hz
0,25 A
2077904
*2077904*