Motorsense_302135_115326.book Seite 137 Mittwoch, 11. Januar 2017 10:23 10
• Dit toestel mag niet worden gebruikt door perso-
nen (inclusief kinderen) met gereduceerde fysi-
sche, sensorische en geestelijke vaardigheden,
of gebrek aan ervaring en kennis, hetzij, dat zij
samen onder toezicht van een voor hun veilig-
heid verantwoordelijke persoon het toestel
gebruiken.
• Zorg ervoor, dat kinderen niet met het toestel
spelen.
• Neem altijd de geldige nationale en internatio-
nale veiligheids-, gezondheids- en arbeidsvoor-
schriften in acht.
Gevaar door trilling
VOORZICHTIG! Gevaar voor verwondin-
gen door trilling! Vooral bij personen met
bloedsomloopstoornissen kan het door tril-
ling tot aantasting van bloedvaten of aders
komen.
Bij volgende symptomen onderbreekt u
onmiddellijk het werk en raadpleegt u een
arts: inslapen van lichaamsdelen, gevoels-
verlies, jeuk, steken, pijn, veranderingen
van de huidskleur.
De in de technische gegevens vermelde trillings-
waarde vertegenwoordigt de hoofdzakelijke toepas-
singen van het apparaat. De effectief tijdens het
gebruik aanwezige trilling kan op basis van volgende
factoren hiervan afwijken:
• Niet-reglementair voorgeschreven gebruik;
• Ongeschikt inzetgereedschap;
• Ongeschikt materiaal;
• Onvoldoende onderhoud.
U kunt de gevaren duidelijk verminderen als u zich
aan volgende aanwijzingen houdt:
– Onderhoud het apparaat in overeenstemming
met de in de gebruiksaanwijzing vermelde
instructies.
– Vermijd het werken bij lage temperaturen.
– Houd uw lichaam en in het bijzonder de handen
bij koud weer warm.
– Las regelmatig een pauze in en beweeg daarbij
de handen om de doorbloeding te stimuleren.
Over de omgang met brandstoffen
Brandstoffen zijn ontvlambaar en explosief. Ver-
laag het risico op explosies en brand:
• Schakel vóór het tanken de motor uit en laat
deze afkoelen.
• Roken en open vuur van iedere aard is verboden,
wanneer u met brandstof omgaat.
• Sla brandstoffen alleen op in toegelaten en
gemarkeerde canisters en meng deze daarin.
• Sla brandstoffen afgesloten op. Brandstoffen
verdampen ook bij de omgevingstemperatuur en
kunnen zich in gesloten ruimtes op de vloer
ophopen (ontploffingsgevaar).
• Terwijl de motor loopt of bij een warme motor
mag de tankvergrendeling niet worden geopend
of benzine worden bijgevuld.
• Als benzine overloopt, mag de motor niet wor-
den geprobeerd om te starten.
• Start het apparaat, terwijl u ten minste negen
meter van de tankplaats bent verwijderd.
• Als de tank moet worden geleegd, moet dit in de
open lucht plaatsvinden.
Brandstoffen zijn giftig! Deze bevatten stoffen die
rechtstreeks giftig zijn en ook op den duur
schade aan de gezondheid kunnen veroorzaken.
Neem de voorzorgsmaatregelen in acht om de
opname van de stoffen in het lichaam te voorko-
men:
• Uitsluitend in de openlucht of in goed geventi-
leerde ruimtes tanken of brandstof bijvullen.
• Geen brandstofdampen inademen.
• Huid- en oogcontact vermijden. Bij onvoorzien
contact grondig met water afspoelen. Bij oog-
contact direct een arts raadplegen.
• Bij het overgieten handschoenen dragen.
• Als brandstof op de kleding komt, dient u zich
direct te verkleden. Reinig de kleding alvorens
deze weer te dragen.
• Brandstoffen buiten bereik van kinderen bewa-
ren.
Brandstoffen vormen bij ondeskundig gebruik
een gevaar voor de omgeving:
• Vul de brandstof voorzichtig bij. Brandstof mag
niet in de aarde of in het riool terechtkomen.
• Grondstofresten dienen volgens de voorschrif-
ten afgevoerd te worden. Nooit met het huisvuil
meegeven.
• Brandstoffen hebben slechts een beperkte
opslagduur. Koop uitsluiten hoeveelheden in die
u in de komende maanden gaat verbruiken.
Onderhoud
• Bij alle werkzaamheden aan het apparaat altijd
de ontsteking op [0] schakelen en de ontste-
kingskabel loskoppelen.
• Het brandstofsysteem regelmatig op lekken of
defecte onderdelen controleren.
• Uitsluitend de hier beschreven onderhouds-
werkzaamheden en de oplossingen voor het ver-
helpen van storingen mogen worden uitgevoerd.
Alle overige werkzaamheden moeten door een
technicien worden uitgevoerd.
• Er mogen uitsluitend originele reserveonderde-
len worden gebruikt. Deze reserveonderdelen
zijn uitsluitend voor het apparaat vervaardigd en
geschikt. Overige reserveonderdelen leiden niet
tot het vervallen van de garantie, maar ze kunnen
een risico vormen voor u en uw omgeving.
Apparaatspecifieke veiligheidsaanwijzingen
• De directe omgeving moet vrij zijn van licht ont-
vlambare en andere explosieve stoffen.
• Wanneer het niet wordt gebruikt, moet de
bescherming van het mes worden aangebracht.
• In een straal van 15 m rond de snijzone mogen
er zich geen andere personen of dieren bevinden
omdat ze letsels kunnen oplopen door rondvlie-
gende voorwerpen.
• Houd het apparaat tijdens gebruik steeds vast
met twee handen en gebruik de draagriem.
• Let bij het werken met het apparaat altijd op dat
u stevig staat. Let erop dat u niet uitschuift of
valt. Werk nooit boven heuphoogte. Werk nooit
NL
137