4. Bediening
4.1 Laden van de Li-accupack
(afbeelding 4/5)
1. Accupack (10) uit de adapter (8) trekken,
terwijl u de grendelknop (11) naar beneden
drukt.
2. Vergelijk of de netspanning vermeld op het
typeplaatje overeenstemt met de beschikbare
netspanning. Steek de netstekker van de la-
der in het stopcontact. De groene LED begint
te knipperen.
3. Schuif de accu op de lader.
Onder punt 8 (indicatie lader) vindt u een tabel
met de betekenissen van de LED-indicatie aan
de lader.
Mocht het laden van de accupack niet mogelijk
zijn, controleer dan:
•
of aan het stopcontact de netspanning aan-
wezig is,
•
of een foutloos contact aan de laadcontacten
van de lader voorhanden is.
Indien het laden van de accupack nog altijd niet
mogelijk is, dan verzoeken wij u
•
de lader
•
en de accupack
op te sturen aan onze klantendienst.
In het belang van een lange levensduur van de
accupack is het raadzaam om op tijd voor het
herladen van de accupack te zorgen. Dit is in
elk geval noodzakelijk, indien u vaststelt dat het
vermogen van de accu-lamp afneemt. Ontlaad de
accupack nooit helemaal. Dit leidt tot een defect
van de accupack!
4.2 Aan/Uit-schakelaar (afbeelding 3, pos. 3)
Waarschuwing!
Niet in de lichtstraal kijken!
Inschakelen:
•
Druk op de Aan/Uit-schakelaar (3).
•
De lamp schakelt daarbij om veiligheidsrede-
nen op het laagste niveau in.
Uitschakelen:
•
Druk opnieuw op de Aan/Uit-schakelaar (3).
Anl_TE_CL_18_2000_LiAC_SPK2.indb 31
Anl_TE_CL_18_2000_LiAC_SPK2.indb 31
NL
4.3 Lichtsterkte instellen
(afbeelding 3, pos. 4)
Waarschuwing!
Niet in de lichtstraal kijken!
•
De lichtsterkte kan op drie niveaus individueel
aan de werksituatie worden aangepast.
•
De lamp schakelt om veiligheidsredenen alti-
jd op het laagste niveau in.
•
Om de lichtsterkte te verhogen drukt u op de
regeling voor de lichtsterkte (4).
•
De lichtsterkte wordt met elke druk op de re-
geling één niveau verhoogd.
•
Het huidige verlichtingsniveau wordt aange-
geven door de lichtsterkte-indicatie (5).
4.4 Verlichtingspositie instellen
•
Door de lampkop te draaien kan een willekeu-
rige verlichtingspositie worden ingesteld.
•
Draai hiervoor de fixeerschroef (6) aan de
rechterkant van het apparaat los.
•
Stel nu de voor u passende verlichtingsposi-
tie in en draai de fixeerschroef (6) weer vast.
4.5 Inzet met voedingseenheid (9)
•
De lamp kan met de meegeleverde voeding-
seenheid (9) ook conventioneel op het stro-
omnet werken.
•
Vergelijk de spanning op het typeplaatje met
de beschikbare netspanning.
•
Steek de netstekker (9a) van de voeding-
seenheid in het stopcontact.
•
Steek dan de stekker (9b) in de stroomaans-
luiting (7) van de lamp.
Aanwijzing! De accu hoeft bij de inzet met de
voedingseenheid niet uit de lamp te worden
verwijderd.
Aanwijzing! De accu wordt bij de inzet met de
voedingseenheid niet geladen!
4.6 Bevestiging van de lamp
De lamp kan via de verschillende uitsparingen
aan de bodem van de voet snel en veelzijdig wor-
den bevestigd.
•
Haak (afbeelding 6, pos. 14): met de haak
kan de lamp snel en veilig aan bijvoorbeeld
een leuning of stelling worden bevestigd.
•
Zaagtanding (afbeelding 7, pos. 15): met de
zaagtanding kan de lamp aan een spijker of
iets dergelijks worden gehangen. Dankzij de
fijne rastering kan de lamp ideaal in even-
wicht worden gebracht.
- 31 -
05.09.2018 16:07:43
05.09.2018 16:07:43