6. AANSLUITING VAN DE KOELMIDDELLEIDING
6.1 Veiligheidsmaatregelen
WAARSCHUWING
• Alle leidingen op de locatie moeten door een
gelicentieerde technicus worden aangelegd
en voldoen aan de lokale en nationale regelgeving.
• Wanneer de airconditioner in een kleine ruimte wordt
geïnstalleerd, moeten maatregelen worden getroffen
om te voorkomen dat de concentratie koelmiddel
in de ruimte in het geval van lekkage
de veiligheidslimiet niet overschrijdt. Indien er
sprake is van koelmiddellekkage en de concentratie
koelmiddel de limiet overschrijdt, kunnen gevaarlijke
situaties optreden als gevolg van zuurstofgebrek.
• Wanneer u het koelsysteem installeert, moet u ervoor
zorgen dat er geen lucht, stof, vocht of vreemde
voorwerpen in het koelmiddelcircuit terechtkomen.
Vervuiling in het systeem kan leiden tot slechte
werking, hoge druk in de koelingscyclus, explosies
of letsel.
• Ventileer de ruimte onmiddellijk als er zich
een koelmiddellekkage heeft voorgedaan tijdens
de installatie. Gelekt koelgas is zowel giftig
als brandbaar. Zorg ervoor dat er geen koelmiddel
lekt nadat u de installatie hebt voltooid.
Instructies voor aansluiting
van de koelmiddelleiding
VOORZICHTIG
• De vertakkende leiding moet horizontaal worden
geïnstalleerd. Bij een hoek van meer
dan 10° kunnen storingen ontstaan.
• Sluit de verbindingsleiding NIET
aan voordat zowel de binnen- als buitenunits
zijn geïnstalleerd.
• Isoleer de gas- en vloeistofleidingen
om waterlekkage te voorkomen.
Stap 1: snijd de leidingen.
Wees bij het voorbereiden van
koelmiddelleidingen extra voorzichtig bij
het snijden en optrompen. Dit zorgt voor
een efficiënte werking en minder onderhoud
in de toekomst.
1. Meet de afstand tussen de binnen- en buitenunits.
2. Snijd de leiding met behulp van een buissnijder
af op een lengte van net iets meer dan de gemeten
afstand.
NL-13
VOORZICHTIG
Vervorm de leidingen
Zorg er goed voor dat de leidingen tijdens het snijden
niet beschadigd raken, een deuk oplopen
of vervormen. Door dergelijke beschadigingen neemt
de verwarmingsefficiëntie van de unit drastisch af.
1. Zorg ervoor dat de leiding in een perfecte hoek
van 90 graden wordt gesneden. Raadpleeg afb. 6.1
voor een voorbeeld van slecht gesneden leidingen
Schuin
Afb. 6.1
Stap 2: verwijder eventuele bramen.
Bramen kunnen invloed hebben
op de luchtafdichting van de aansluiting
van de koelmiddelleidingen. Dergelijke bramen
moet volledig worden verwijderd.
1. Houd de leiding in een naar beneden gerichte hoek
om te voorkomen dat bramen in de leiding vallen.
2. Verwijder alle bramen van de snijvlakken
van de leiding met behulp van een pijpfrees
of ontbramingsgereedschap.
Leiding
Omlaag
richten
Stap 3: de leidinguiteinden optrompen.
OPMERKING
Voor R32-koelmodellen moeten de leidingaansluitpunten
buiten de ruimte worden geplaatst.
Goed optrompen is essentieel voor het verkrijgen van
een luchtdichte afdichting.
1. Sluit de uiteinden van de gesneden leiding,
na het verwijderen van bramen, af met PVC-tape
om te voorkomen dat vreemde voorwerpen
in de leiding terecht komen.
2. Voorzie de leiding van isolatiemateriaal.
3 Bevestig flensmoeren aan beide uiteinden
van de leiding. Controleer of ze in de juiste richting
wijzen, omdat u deze na het optrompen niet meer
kunt plaatsen of de richting wijzigen. (zie afb. 6.3.)
Flensmoer
Koperen leiding
Afb. 6.3
NIET tijdens het snijden.
Ruw
Verwrongen
Pijpfrees
Afb. 6.2