♦
Schuif de vuldraad door de draaddoorvoer C (zie afb. 9).
Afb. 9
♦
Leid de draad langs de toevoerrol G en schuif deze dan in de
opening van het slangenpakket I (zie afb. 10).
Afb. 10
♦
Zwenk de drukroleenheid E in de richting van de toevoerrol G
(zie afb. 11).
♦
Plaats de fijnafstellingsschroef D (zie afb. 11).
♦
Stel de tegendruk met de fijnafstellingsschroef zodanig in, dat de
lasdraad stevig tussen drukrol en toevoerrol G in de bovenste
geleiding zit zonder bekneld te raken (zie afb. 11).
Afb. 11
♦
Schakel het lasapparaat in met de hoofdschakelaar
♦
Druk de branderknop in.
Nu schuift het draadaandrijfsysteem de lasdraad door het slangen-
pakket
en de brander
.
■
58 │ NL│BE
♦
Laat, zodra de draad 1 – 2 cm uit de branderhals M steekt, brander-
knop
Afb. 12
♦
Schakel het lasapparaat weer uit.
♦
Schroef het stroommondstuk
Let erop dat het lasmondstuk
de gebruikte lasdraad (zie afb. 13).
Bij de meegeleverde lasdraad (Ø 0,9 mm) moet het lasmondstuk
met de eerstvolgend grotere diameter van 1,0 mm worden
gebruikt.
Afb. 13
♦
Schuif het brandermondstuk
rechts te draaien (zie afb. 14).
.
Afb. 14
WAARSCHUWING!
►
Om het gevaar voor een elektrische schok, letsel of schade te voor-
komen:
–
Trek voor elk onderhoud of werkvoorbereidende
taak de stekker uit het stopcontact.
weer los (zie afb. 12).
er weer in.
is afgestemd op de diameter van
weer op de branderhals M door naar
PFDS 33 A1