Eigenschappen Watercirculatiepomp - Mitsubishi Electric ecodan ERST20 series Installationshandbuch

4
Installatie

Eigenschappen Watercirculatiepomp

1. Primair circuit
Pomp snelheid kan worden geselecteerd door middel van een instelling van de
Hoofdbediening (zie <Afbeelding 4.3.5 - 4.3.7>).
Stel de pompsnelheid zo af dat het debiet in het primaire circuit geschikt is voor
de geïnstalleerde buitenunit (zie Tabel 4.3.1). Het kan, afhankelijk van de lengte
en de stijging van het primaire circuit, nodig zijn een extra pomp aan het systeem
toe te voegen.
Raadpleeg voor het niet in <Tabel 4.3.1> opgenomen model buitenunit Bereik
waterdebiet in de specificatietabel in het gegevensboek van de buitenunit. Zorg in
dat geval voor een debiet groter dan 7,1 l/min en kleiner dan 27,7 l/min.
<Tweede pomp>
Lees, als een tweede pomp vereist is voor de installatie, het volgende aandachtig
door.
Als een tweede pomp wordt gebruikt in het systeem, kan deze op 2 manieren
worden geplaatst.
De plaatsing van de pomp bepaalt op welke aansluiting van de FTC de
signaalkabel moet worden aangesloten. Gebruik, als de extra pomp(en) meer
stroom dan 1A hebben, een geschikt relais. De signaalkabel van de pomp kan op
TBO.1 1-2 of op CNP1 worden aangesloten, maar niet op beide.
Optie 1 (Alleen ruimteverwarming/-koelen)
Als de tweede pomp alleen wordt gebruikt voor het verwarmingscircuit, moet de
signaalkabel worden aangesloten op TBO.1-aansluitingen 3 en 4 (OUT2) In deze
positie kan de pomp op een andere snelheid werken dan de ingebouwde pomp
van de cilinder.
Optie 2 (Primaire circuit SWW en ruimteverwarming/-koelen)
Als de tweede pomp in het primaire circuit wordt gebruikt tussen de cilinder en de
buitenunit (ALLEEN Monobloc-systeem) moet de signaalkabel worden
aangesloten op TBO.1-aansluitingen 1 en 2 (OUT1). In deze positie MOET de
pompsnelheid overeenkomen met de snelheid van ingebouwde pomp van de
cilinder.
Opmerking: Raadpleeg 5.2 Ingangen/uitgangen aansluiten.
Kenmerken van de watercirculatiepomp
80.0
70.0
60.0
50.0
40.0
30.0
20.0
10.0
0.0
0.0 5.0 10.0 15.0
Debiet [L/min]
<Afbeelding 4.3.5>
80.0
70.0
60.0
50.0
40.0
30.0
20.0
10.0
0.0
0.0 5.0 10.0 15.0
Debiet [L/min]
<Afbeelding 4.3.7>
* Zet voor de installatie van de serie EHPT20 de pompsnelheid met een drukval tussen de cilinder en de buiten-unit verwerkt in de externe statische druk.
15
E*ST20C
Serie
Snelheid 5 (Standaardinstelling)
Snelheid 4
Snelheid 3
Snelheid 2
Snelheid 1
20.0 25.0 30.0 35.0
EHPT20X
Serie
Snelheid 5 (Standaardinstelling)
Snelheid 4
Snelheid 3
Snelheid 2
Snelheid 1
20.0 25.0 30.0 35.0
Buiten-warmtepompunit
Monobloc PUHZ-W50
PUHZ-W85
PUHZ-W112
PUHZ-HW112
PUHZ-HW140
Split model SUHZ-SW45
PUHZ-SW40
PUHZ-SW50
PUHZ-FRP71
PUHZ-SW75
PUHZ-SW100
PUHZ-SW120
PUHZ-SHW80
PUHZ-SHW112
PUHZ-SHW140
PUMY-112
PUMY-125
PUMY-140
* Als het waterdebiet minder is dan 7,1 l/min, wordt de debietfout geactiveerd.
Als het waterdebiet meer is dan 27,7 l/min, is de stroomsnelheid hoger dan 1,5 m/s,
waardoor de leidingen kunnen eroderen.
2. Sanitair circuit
Standaardinstelling: Snelheid 2
SWW-circuitlatiepomp MOET op snelheid 2 worden gesteld.
80.0
70.0
60.0
50.0
40.0
30.0
20.0
10.0
0.0
40.0
0.0
40.0
Bereik waterdebiet [l/min]
7,1 - 14,3
10,0 - 25,8
14,4 - 27,7
14,4 - 27,7
17,9 - 27,7
7,1 - 12,9
7,1 - 11,8
7,1 - 17,2
11,5 - 22,9
10,2 - 22,9
14,4 - 27,7
20,1 - 27,7
10,2 - 22,9
14,4 - 27,7
17,9 - 27,7
17,9 - 27,7
17,9 - 27,7
17,9 - 27,7
<Tabel 4.3.1>
E*ST20D
Serie
5.0 10.0 15.0 20.0 25.0
Debiet [L/min]
<Afbeelding 4.3.6>
Snelheid 5 (Standaardinstelling)
Snelheid 4
Snelheid 3
Snelheid 2
Snelheid 1
30.0 35.0 40.0