Werkinstructies
LET OP!
Gevaar voor beschadiging van het
apparaat
Als het mulchinzetstuk niet vastklikt,
kunnen mulchinzetstuk en maaiwerk
worden beschadigd.
■
Let erop dat de vergrendeling vast-
klikt.
Mulchinzetstuk verwijderen
1. Apparaat uitschakelen: Draai de veiligheids-
sleutel in stand 0 en trek deze uit het appa-
raat.
2. Wacht totdat het maaiwerk stilstaat.
3. Scherm optillen.
4. Maak de vergrendeling (16/1) van het mul-
chinzetstuk los (16/a).
5. Trek het mulchinzetstuk (16/2) uit het appa-
raat (16/b).
7 WERKINSTRUCTIES
Neem de veiligheidsinstructies in acht (Veilig-
heidsinstructies).
OPMERKING
Neem de lokale voorschriften met be-
trekking tot het gebruik van een gras-
maaier in acht.
■
Let op voorwerpen op het gras en verwijder
ze uit het werkgedeelte.
■
Alleen bij goed zicht maaien.
■
Uitsluitend met scherp mes maaien.
■
Manoeuvreer het apparaat uitsluitend met
behulp van de duwboom.
■
Beweeg het apparaat alleen stapvoets.
■
Beweeg het apparaat altijd dwars tegen een
helling. Niet naar boven en naar beneden op
de helling werken en evenmin op hellingen
met een inclinatie van meer dan 10°. Grote
zorgvuldigheid is geboden bij het veranderen
van de rijrichting.
Maaiprestaties en gebruiksduur van de accu
■
De maaiprestaties, d.w.z. het oppervlak dat
kan worden gemaaid, hangt af van de eigen-
schappen van het gazon. Factoren zoals de
lengte van het gras, de dichtheid, de gekozen
maaihoogte en een vochtig gazon beïnvloe-
den de maaiwerking.
■
Vaak maaien en een kort gehouden gazon
vergroot de autonomie van de accu.
442482_a
■
Vaak in- en uitschakelen van de grasmaaier
tijdens het maaien vermindert de maaipresta-
ties evenzeer als een niet volledig geladen
accu.
■
Het inschakelen van de wielaandrijving ver-
mindert de maaiprestaties of de levensduur
van de batterij.
■
Voor een optimale maaiprestaties wordt aan-
bevolen het gazon vaak te maaien, een hoge
maaihoogte in te stellen het gras stapvoets te
maaien.
■
Maaiwerking in m² bij100%-acculading:
■
42.9 Li: max. 400 m
■
42.9 Li SP: max. 400 m
■
46.9 Li SP: max. 500 m
OPMERKING
Om de autonomie te vergroten kan een
bijkomende accu worden aangeschaft.
Tips bij het maaien
■
Houd een gelijkmatige maaihoogte aan tot
3–-5 cm, maai niet meer af dan de helft van
de grashoogte.
■
Grasmaaier niet overbelasten! Als het motor-
toerental in dichtbegroeid, hoog gras merk-
baar daalt, vergroot dan de maaihoogte en
maai vaker.
■
Wind en zon kunnen het gazon na het maai-
en uitdrogen, daarom laat in de namiddag
maaien.
8 ONDERHOUD EN VERZORGING
WAARSCHUWING!
Gevaar voor snijletsel
Gevaar voor snijletsel als gevolg van
contact met scherpe en bewegende de-
len van het apparaat, zoals het snijblad.
■
Schakel voorafgaand aan onder-
houds-, verzorgings- en reinigings-
werkzaamheden altijd het apparaat
uit. Verwijder de accu.
■
Draag bij onderhouds-, verzorgings-
en reinigingswerkzaamheden altijd
beschermende handschoenen.
8.1
Regelmatige
onderhoudswerkzaamheden
■
Zorg ervoor, dat alle moeren, bouten en
schroeven vast aangehaald zijn en dat het
2
2
2
57