Opmerking
•
Wanneer er geen water in het
waterreservoir is, stopt het
bevochtigingsfilterwiel met draaien.
In de automatische modus werkt
het apparaat op ventilatorsnelheid
1. In de handmatige
ventilatorsnelheidsmodus blijft
het apparaat werken op de
gekozen ventilatorsnelheid.
Wanneer het waterreservoir weer
met water is gevuld, begint het
bevochtigingsfilterwiel weer te
draaien.
84
NL
5 Schoonmaken
Opmerking
•
Haal altijd de stekker uit het
stopcontact voordat u het apparaat
gaat schoonmaken.
•
Dompel het apparaat nooit in water
of een andere vloeistof.
•
Maak het apparaat nooit schoon
met schurende, agressieve of
brandbare schoonmaakmiddelen
zoals bleek of alcohol.
•
Alleen het voorfilter en NanoCloud
roterend bevochtigingsfilter zijn
wasbaar. Het Nano Protect-filter
mag niet worden gewassen of
gestofzuigd.
Schoonmaakschema
Frequentie
Schoonmaakmethode
Veeg het oppervlak
van het apparaat
Wanneer nodig
schoon met een
zachte, droge doek.
Spoel het
waterreservoir, de
waterbak en het
Elke week
NanoCloud roterend
bevochtigingsfilter
af.
Maak het voorfilter
schoon.
Wanneer het
Ontkalk het
schoonmaaksymbool
NanoCloud roterend
brandt
bevochtigingsfilter
met water en witte
azijn of citroenzuur.