Koelkast gebruiken
8.1
Tips om energie te sparen
•
Kies een goed geventileerde en tegen zonnestralen beschermde
opstellingsplaats.
•
Laat warme gerechten eerst afkoelen, voordat u deze in de koelkast legt.
•
Open het koelapparaat niet vaker dan nodig.
•
Laat de deur niet langer openstaan dan nodig. Staat de deur langer dan
5 minuten open, dan begint het licht te knipperen.
•
Ontdooi de koelkast zodra er zich een ijslaag gevormd heeft.
•
Vermijd een onnodig lage binnentemperatuur.
8.2
Koelkast inschakelen
➤ Schakel de koelkast in door op de
I
INSTRUCTIE
8
Na het inschakelen heeft de koelkast een bepaalde tijd nodig tot de
compressor begint te lopen.
8.3
Temperatuur instellen
➤ Druk herhaaldelijk op de
ingesteld.
Hoe meer leds boven de toets branden, hoe lager het temperatuurniveau.
Om van het laatste niveau naar het eerste niveau te schakelen, drukt u opnieuw
op de
-toets.
I
INSTRUCTIE
Het koelvermogen kan worden beïnvloed door:
•
de omgevingstemperatuur
•
de hoeveelheid levensmiddelen die geconserveerd dienen te
worden
•
het aantal keren dat de deur wordt geopend
Als de omgevingstemperatuur 16 °C tot 20 °C bedraagt, dient u de
koelkast ten minste op stand 2 te zetten.
156
-toets te drukken.
-toets totdat het gewenste temperatuurniveau is
CRE
NL