Installatie, algemeen
Voordat de warmtepomp kan beginnen met passieve
koeling moeten de volgende handelingen worden uitge-
165
voerd.
1. Schakel de warmtepomp uit en en controleer dat
101
deze geen stroomtoevoer krijgt.
2. Vervang de los mee geleverde print, versie 1.0 alleen
100
voor de versie 097 (zie stikker eprom). Vanaf April
2006 zijn de nieuwe eproms 1.03 of 1.06 al reeds ge-
installeerd en kan de bijgeleverde print vervallen
102
3. Vervang de aanwezige aanvoertemperatuurvoeler in
de warmtepomp (89) door de temperatuurvoeler in
2
de PKM 10/20. Knip de 2 groene bestaande kabels bij
de witte connector onder aan de printplaat af, op de
klemmen 15 - 16 van positie X4 op de EBV-kaart (2).
Zorg ervoor dat de afgeknipte kabels niet in contact
komen met elkaar of met andere metalen delen.
Sluit de kabels van de temperatuursensor in de PKM
rechtstreeks aan op de klemmen, in dezelfde posities.
Een verlengkabel van 3 m wordt meegeleverd voor de
verbinding tussen de sensor en de warmtepomp.
4. Als u de ruimtecompensatievoeler (RG 10) gebruikt,
29
1
wordt deze aangesloten op de klemmen 3, 4 en 14
van positie X1 op de EBV-kaart (2)..
FIGHTER 1140
2
FIGHTER 1240
2
6
60
69
164
32
8
PKM
RG 10 (accessoire)
RG 10 (tillbehör)
9
26
61
6 1 2
97
10
67
25
X1
3
X4
Temperatuursensor aanvoer (89)
2 groene kabels doorknippen
NL
Framledningsgivare
33