Instructies Voor Gebruik - DeWalt DCF6201 Bedienungsanleitung

NEDERLANDS
ASSEMBLAGE EN AANPASSINGEN
WAARSCHUWING: Verwijder vóór
de montage en aanpassing altijd de
accu. Schakel het gereedschap altijd uit
voordat u de accu plaatst of verwijdert.
WAARSCHUWING: Gebruik uitsluitend
D WALT accu's en opladers.
E
Het schroefbit plaatsen (Afb. 1 & 2)
OPMERKING: Gebruik voor een juiste
werking alleen een D
1. Verwijder het neusstuk van de schroefmachine.
2. Verwijder het schroefbit en de bithouder uit de
schroefmachine.
OPMERKING: Raadpleeg en volg alle
instructies aangaande het vervangen van
schroefbits en houders in uw schroefmachine.
3. Plaats het schroefbit (h) in de bithouder tot deze
vastklikt.
Het hulpstuk in de schroefmachine
plaatsen en verwijderen (Afb. 2)
Met het neusstuk verwijderd en het schroefbit (h)
geplaatst, duw het hulpstuk over het schroefbit op
de schroefmachine tot het hulpstuk vastklikt en zorg
ervoor dat het niet loskomt.
OPMERKING: Draai het hulpstuk wanneer nodig
tot het juist is geplaatst.
OPMERKING: Controleer voor gebruik dat de
standenschakelaar in de vooruit stand staat.
Druk om het hulpstuk te verwijderen de
vrijgaveknoppen (g) aan beide zijden van de
schroefmachine in en houd ze ingedrukt, trek daarna
het hulpstuk van de schroefmachine.
BEDIENING

Instructies voor gebruik

WAARSCHUWING: Houd u altijd
aan de veiligheidsinstructies en van
toepassing zijnde voorschriften.
WAARSCHUWING: Om het gevaar
op letsel te verminderen schakelt
u het apparaat uit en sluit u de
stroombron van de machine af
voordat u accessoires installeert of
verwijdert, voordat u instellingen
aanpast of wijzigt, of als u
reparaties uitvoert. Zorg ervoor dat de
hoofdschakelaar in de OFF (UIT) positie
staat. Het onbedoeld opstarten kan
letsel veroorzaken.
36
De schroefl engte instellen (Afb. 3)
Dit hulpstuk is ontworpen voor schroeven van
25– 57 mm (1"– 2¼"). Als de schroeflengte niet goed
wordt ingesteld, kunnen schroeven niet nauwkeurig
worden vastgeschroefd, dit kan ervoor zorgen dat u
niet verder kunt gaan naar de volgende schroef, of
dat schroeven niet goed worden vastgeschroefd. De
schoen heeft gemarkeerde gaten (l) voor de meeste
normale schroeven, maar het hulpstuk kan nog
steeds alle schroeven bevestigen tussen 25– 57 mm
(1"– 2¼"). Stel de schroeflengte één trap hoger in
WALT schroefbit.
E
om minder gebruikte schroeven te gebruiken.
1. Schuif de schroeflengte instelling (b) naar links.
2. Houd de schroeflengte instelling schuifknop
vast en stel de schoen (e) in op de gewenste
lengte.
3. Laat de schroeflengte schuifknop los. Zorg
ervoor dat de vergrendelingspin in de juiste
positie staat.
Schroefbanden plaatsen (Afb. 4)
Juist gebruik van schroefbanden vermindert het
risico op letsel, vermindert vastlopen en voorkomt
dat schroeven het werkstuk beschadigen. Gebruik
voor de beste prestaties nieuwe, onbeschadigde en
schone schroefbanden.
1. Pak een schroefband, houd het kunststof deel
vast en voer het in de schroefgeleider (a) en in
de onderkant van het aandrukmechanisme (d).
2. Voer de schroefband in totdat de eerste schroef
één plek onder het schroefbit zit.
De schroefdiepte instellen (Afb. 1)
Draai de diepte instelling (c) tegen de klok in
(gezien vanaf de achterkant van het gereedschap)
om de schroefkop minder diep in het werkstuk te
schroeven.
Draai de diepte instelling (c) met de klok mee om de
schroefkop dieper in het werkstuk te schroeven.
Er is een raam om de diepte instelling van het
gereedschap af te lezen. Hoe verder de schuif is
verwijderd van de schroefkop, hoe minder diep
VOORZICHTIG: Maak geen aanpassingen
als er nog een schroefband in het hulpstuk
zit.
OPMERKING: Gebruik alleen
schroefbanden die geschikt zijn voor
dit hulpstuk. Voer alleen schroefbanden
in wanneer de schroefmachine is
uitgeschakeld en de schakelaar is
vergrendeld.