4.2 Statusindicaties
LED
LED voor
netwerkinformatie
LED voor
statusinformatie
4.3 Gebruik van de Micro-SD-kaartsleuf
Voor het gebruik van de Micro-SD-kaart verwijdert
u eerst de voeding.
De Micro-SD-kaart kan alleen in een bepaalde positie in
de sokkel worden gestoken. De kaart steekt bij correcte
positie nog ca. 4 mm boven de sokkel uit.
Na het aanbrengen van de voeding kan de kaart door
de camera herkend en gebruikt worden.
U kunt de Micro-SD-kaart niet vervangen tijdens
het gebruik!
Voor het gebruik van de SD-kaartfunctie is een
actieve internetverbinding nodig, die na het opnieuw
opstarten van de camera de correcte tijd aangeeft
(NTP-functie).
4.4 Terugzetten van de fabrieksinstellingen
Camera opnieuw opstarten
Terugzetten op fabrieksinstellingen
Kleur
Uit
Paars/blauw
knipperend
(hoogfrequent)
Blauw knipperend
(hoogfrequent)
Continu rood
Continu blauw
De toets indrukken tot de blauwe LED dooft -> continu rood
tijdens het opnieuw opstarten van de camera -> continu
blauw nadat de camera succesvol opnieuw opgestart is
De toets indrukken tot de blauwe LED continu brandt ->
continu blauw nadat de camera succesvol opnieuw opgestart
is
172
Betekenis
Netwerkkabel niet verbonden of WLAN-
gebruik
Opstartprocedure
Opstartprocedure afgesloten, normaal
gebruik
Opstartprocedure
IP-adres is succesvol toegewezen
(Opmerking: het kan echter zijn dat het IP-
adres niet bij het gewenste doelnetwerk
past. Dit kan gebeuren bij handmatige
invoer van een vast IP-adres.)