malen met intervallen van 0,5 - 1 uur om het tempera-
tuurverloop te observeren. Aan de hand van uw
meetwaarden kan de arts gemakkelijker een diagnose
stellen.
½
Gebruik de thermometer niet onder extreme tempera-
tuuromstandigheden en / of buitenshuis. Dit kan leiden
tot onnauwkeurige meetwaarden. Volg de aanwijzingen
voor omgevings- en opslagtemperatuur op (zie
"Technische gegevens").
½
De infraroodsensor mag niet direct aangeraakt of
beademd worden. Dit kan leiden tot onnauwkeurige
meetwaarden.
½
Gebruik tijdens het bedrijf van de thermometer geen
mobiele telefoons. Dat kan leiden tot onnauwkeurige
meetwaarden.
Veiligheidsinstructies
½
Dit product is uitsluitend bestemd voor privégebruik.
Het hoeft daarom ook niet geijkt te worden.
½
Gebruik de thermometer niet verder wanneer hij
beschadigd is of de meetwaarden u niet realistisch
lijken. Raadpleeg in dit geval het hoofdstuk "Functies /
Storingsanalyse – Storingen verhelpen" of neem
contact op met ons servicecentrum.
Veiligheid
NL
105