Veiligheidsaanwijzingen
Gevarenniveaus van waarschuwingsaanwij-
zingen
In deze gebruikshandleiding worden de volgende
gevarenniveaus gebruikt om op potentieel gevaar-
lijke situaties te wijzen:
De gevaarlijke situatie doet zich
onmiddellijk voor en leidt, indien de
maatregelen niet worden opgevolgd, tot
ernstige verwondingen tot dodelijk letsel.
WAARSCHUWING !
De gevaarlijke situatie kan ontstaan en
leidt, indien de maatregelen niet worden
opgevolgd, tot ernstig letsel of de dood.
VOORZICHTIG !
De gevaarlijke situatie kan ontstaan en
leidt, indien de maatregelen niet worden
opgevolgd, tot licht of matig letsel.
Een mogelijke schadelijke situatie kan ontstaan
die, indien deze niet wordt vermeden, tot
materiële schade kan leiden.
VEILIGHEIDSROUTINE
Beschrijft consequent na te leven bedieningen,
bijv. uitschakelprocedures bij storingen en
noodgevallen.
Opbouw van de veiligheidsaanwijzingen
Aard en bron van het gevaar!
ÂGevolgen bij het negeren hiervan
¾ Maatregel voor het afwenden van het
gevaar
72V Li-ION POWER 34-37-40
Veiligheidsaanwijzingen
GEVAAR !
Let op !
GEVAAR !
Bescherming van uzelf en andere personen
¾ Om veiligheidsredenen mogen
kinderen of andere personen die de
gebruikershandleiding niet kennen, de
grasmaaier niet gebruiken . Plaatselijke
voorschriften kunnen de minimumleeftijd van de
gebruiker bepalen.
¾ Personen, die de grasmaaier bedienen,
mogen niet onder invloed van bedwelmende
middelen (bijv . alcohol, drugs of medicijnen)
zijn .
¾ Wees voorzichtig en grijp niet in de roterende
maaibalk .
¾ Denk eraan, dat de eigenaar of gebruiker
van het apparaat verantwoordelijk is voor
ongevallen met andere personen of hun
eigendommen .
¾ Dit apparaat kan door personen met
lichamelijke, sensorische of mentale
beperkingen of een gebrek aan kennis en
ervaring worden gebruikt, als ze onder
toezicht staan of instructies hebben gekregen
over de veilige omgang met het apparaat
en bekend zijn met de mogelijke gevaren
hiervan . Kinderen mogen niet met het
apparaat spelen . Reiniging en onderhoud
mogen niet door kinderen uitgevoerd worden .
¾ Neem de grasmaaier niet in gebruik, wanneer
er personen (vooral kinderen) dicht in de
buurt zijn .Zorg er ook voor, dat kinderen niet met
de grasmaaier kunnen spelen.
¾ Onderbreek het maaien, wanneer u merkt dat
er personen (vooral kinderen) of huisdieren in
de buurt zijn .
¾ Maai nooit blootsvoets of met sandalen aan .
¾ Schakel de motor alleen in, wanneer uw
voeten en handen op veilige afstand van de
maaibalk zijn .
¾ Draag bij het werken met of aan de
grasmaaier altijd stevige, dichte schoenen
en een lange broek en andere geschikte
persoonlijke beschermingsmiddelen
(veiligheidsbril, gehoorbescherming,
werkhandschoenen etc .) . Het dragen van
persoonlijke beschermingsmiddelen vermindert
het gevaar voor letsel. Vermijd het dragen
van losse kleding of kleding met koorden of
loshangende riemen en dergelijke.
NL
57