Geavanceerde handelingen — Radio
Zenders opslaan en ontvangen
Let op
Als u afstemt op zenders tijdens het rijden, moet
u de BTM-functie (geheugen voor beste
afstemming) gebruiken om ongelukken te
vermijden.
Automatisch opslaan — BTM
1
Druk herhaaldelijk op (SRC) tot
"TUNER" wordt weergegeven op de
hoofdeenheid.
Druk herhaaldelijk op (MODE) om de band
te wijzigen. U kunt FM1, FM2, FM3, MW of
LW selecteren.
2
Druk op (SYSTEM SETUP).
De systeeminstelling wordt weergegeven.
3
Druk op M/m om "BTM" te selecteren
en druk op (ENTER).
Het apparaat slaat de zenders op volgorde van
frequentie op onder de cijfertoetsen ((1) tot
en met (6)).
Er klinkt een pieptoon wanneer de instelling
is opgeslagen.
Met de hoofdeenheid
Druk op (SOURCE/OFF) in plaats van (SRC), houd de
regelknop ingedrukt in plaats van dat u op
(SYSTEM SETUP) drukt, draai de regelknop in plaats
van dat u op M/m drukt, druk op de regelknop in plaats
van (ENTER).
Handmatig opslaan
1
Als u de zender ontvangt die u wilt
opslaan, houdt u een cijfertoets ((1)
tot en met (6)) ingedrukt tot "MEM"
wordt weergegeven op de
hoofdeenheid.
De aanduiding voor de cijfertoets wordt
weergegeven op de hoofdeenheid.
Opmerking
Als u een andere zender opslaat onder dezelfde
cijfertoets, wordt de eerder opgeslagen zender
vervangen.
Tip
Als een RDS-zender wordt opgeslagen, wordt de AF-/
TA-instelling ook opgeslagen (pagina 23).
Opgeslagen zenders ontvangen
1
Selecteer de band en druk vervolgens
op een cijfertoets ((1) tot en met (6)).
22
RDS
Overzicht
FM-zenders met de RDS-dienst
(radiogegevenssysteem) sturen onhoorbare
digitale informatie mee met het gewone
radioprogrammasignaal.
Schermitems
A
A Radioband, functie
B TA/TP*
1
C Frequentie*
2
(programmaservicenaam),
voorinstelnummer, klok, RDS-gegevens
*1 "TA" knippert tijdens de verkeersinformatie. "TP"
gaat branden zodra een dergelijke zender wordt
ontvangen.
*2 Als u de RDS-zender ontvangt, wordt " *" links van
de frequentieaanduiding weergegeven.
Als u schermitems C wilt wijzigen, drukt u op
(DSPL).
RDS-diensten
Dit apparaat biedt automatisch RDS-diensten op
de volgende manier:
AF (alternatieve frequenties)
Hiermee wordt de zender met het sterkste
signaal in een netwerk geselecteerd en wordt
opnieuw op deze zender afgestemd. Als u deze
functie gebruikt, kunt u onafgebroken naar
hetzelfde programma luisteren tijdens een lange
rit zonder dat u steeds handmatig op dezelfde
zender hoeft af te stemmen.
TA (verkeersinformatie)/
TP (verkeersprogramma)
Hiermee ontvangt u de huidige
verkeersinformatie/-programma's. De huidige
bron wordt onderbroken door eventuele
verkeersinformatie/-programma's.
PTY (programmatypen)
Hiermee geeft u het ontvangen programmatype
weer. Hiermee zoekt u ook naar het
geselecteerde programmatype.
CT (kloktijd)
Met de CT-gegevens van de RDS-uitzending
wordt de klok ingesteld.
B
C