Einzelteilbezeichnung
1b
2
1a
3
1
12
11
1
Rückspiegel mit integriertem Farb-TFT-Monitor
a. Schwarze Anschlussbuchse für Sensoreinheit
b. Rote Cinch-Anschlussbuchse für Kameraeinheit
2
Cinch-Verbindungskabel für Kameraeinheit
3
Verbindungskabel für Sensoreinheit
4
Kameraeinheit
a. Cinch-Anschlussbuchse für Rückspiegel
b. Buchse für Spannungsversorgung
5
Anschlusskabel für Kamera-Spannungsversorgung (rote Einzelader = +12V)
6
Sensoreinheit
7
Anschlusskabel für Spannungsversorgung (rot+gelb = +12V / weiß = Minus)
8
Vier Ultraschallsensoren
9
Montagematerial (Klebepad für Sensoreinheit, Kabelverbinder, Schrauben)
10 Montageplatte zur Rückspiegelbefestigung
11 2-komponenten Spezialkleber zur Rückspiegelmontage
12 Lochschneider (21mm für Sensoren, 25mm für Kamera)
8
4a
4
4b
5
7
6
8
10
9
Bevestigingsgaten boren
Neem de veiligheidsinstructies van de boormachine in acht. Let hierbij
op dat geen leidingen of kabels, die zich binnen het boorbereik bevin-
den, worden beschadigd.
Boor de gaten van de vier ultrasone
sensoren met de meegeleverde
21 mm gatenboor.
Voor het middelste gat van de
camera dient u de meegeleverde
25 mm gatenboor te gebruiken.
Verwijder na het boren eventuele rafels met een vijl of een scherp mes.
Sensoren en camera plaatsen
De ultrasone sensoren hebben eenaf-
standsring, waarmee deze kunnen
worden uitgelijnd met afgeronde of
schuine bumpers.
De ultrasone sensoren moeten altijd waterpas worden gemonteerd, aangezien er
anders fouten metingen kunnen ontstaan. Draai de reeds geplaatste afstandsring in
de betreffende positie. Als deze ring niet nodig is, kunt u deze verwijderen.
Let bij de montage van de camera op de kleine pijl op de behuizing. Deze geeft de
bovenzijde van de camera aan.
Druk de camera en sensoren in de juiste volgorde in de openingen, totdat deze vlak
tegen de bumper aan liggen.
De sensoren zijn op de aansluitkabel met hoofdletters (A, B, C, D)
gemarkeerd. Let hierbij op dat de volgorde vanaf de bestuurdersplaats
met A begint.
49