Nooit zonder kam werken, de
zaagketting kan de gebruiker naar voren
trekken. De kam altijd goed tegen de
stam plaatsen.
Aan het einde van een zaagsnede wordt
de motorzaag niet meer via het
zaaggarnituur in de zaagsnede
ondersteund. De gebruiker moet het
gewicht van de motorzaag opnemen –
kans op verlies van de controle!
Dun hout zagen:
Een stabiele, stevige zaagbok
–
gebruiken
Het hout niet met de voet
–
tegenhouden
Andere personen mogen het hout
–
niet vasthouden of op andere wijze
meehelpen
Snoeien:
Een terugslagarme zaagketting
–
gebruiken
De motorzaag zo veel mogelijk
–
ondersteunen
Niet staand op de stam snoeien
–
Niet met de zaagbladneus zagen
–
Op takken letten die onder spanning
–
staan
Nooit meerdere takken in één keer
–
doorzagen
Liggende of staande stammen die onder
spanning staan:
De juiste volgorde van de zaagsneden
beslist aanhouden (eerst aan de
drukzijde (1), vervolgens aan de
trekzijde (2)), als deze volgorde niet
MS 290, MS 310, MS 390
wordt aangehouden kan het zaagblad in
de zaagsnede klemmen of terugslaan –
kans op letsel!
1
2
2
1
Een ontlastingssnede aan de
N
drukzijde (1) zagen
De kapzaagsnede aan de
N
trekzijde (2) aanbrengen
Bij kapzaagsnede van onderen naar
boven (onderhands zagen) – kans op
terugstoten!
LET OP
Liggende stammen mogen op de plaats
waar deze worden doorgezaagd niet de
grond raken – anders wordt de
zaagketting beschadigd.
Langssnede:
Zaagtechniek zonder gebruik te maken
van de kam – kans dat de zaag in het
hout wordt getrokken – het zaagblad
onder een zo vlak mogelijke hoek
aanzetten – verhoogde kans op
terugslag!
Voorbereidende werkzaamheden voor
het vellen
In de omgeving waar wordt geveld
mogen zich alleen personen bevinden
die met het vellen bezig zijn.
Controleer of er niemand door de
vallende boom in gevaar kan worden
gebracht – een schreeuw kan door het
motorlawaai worden overstemd.
Nederlands
119