nl
Let op de koudezones
in de koelruimte
Door de luchtcirculatie in de koelruimte
verschillen de koudezones:
De koudste zone
■
is in de binnenruimte tegen de
achterwand en in de chillerhouder.
Afb. 4
Aanwijzing
In de koudste zones gevoelige
levensmiddelen opslaan zoals vis,
worst en vlees.
De warmste zone
■
bevindt zich helemaal bovenaan
in de deur.
Aanwijzing
In de warmste zone bijv. boter en kaas
bewaren. Tijdens het serveren
behoudt de kaas zijn aroma en
de boter blijft smeerbaar.
Superkoelen
Tijdens het superkoelen wordt
de koelruimte ca. 15 uur zo koud
mogelijk gekoeld. Hierna wordt
automatisch omgeschakeld naar de vóór
het superkoelen ingestelde temperatuur.
Het superkoelsysteem inschakelen bijv.
vóór het inladen van grote
■
hoeveelheden levensmiddelen.
om dranken snel te koelen.
■
Aanwijzing
Als het superkoelsysteem is
ingeschakeld
kunnen de bedrijfsgeluiden toenemen.
76
In- en uitschakelen
Afb. 2
Super-toets koelruimte 9 indrukken.
De toets brandt als
het superkoelsysteem is ingeschakeld.
Diepvriesruimte
De diepvriesruimte gebruiken
voor het opslaan van
■
diepvriesproducten,
om ijsblokjes te maken,
■
om levensmiddelen in te vriezen.
■
Aanwijzing
Let erop dat de deur van
het diepvriesruimte goed gesloten is! Bij
een open deur ontdooien de
diepvrieswaren. In de diepvriesruimte
vormt zich veel ijs. Bovendien:
energieverspilling door te hoog
stroomverbruik!