Onvoldoende accuspanning:
De resterende acculading is te laag en het gereedschap
die opnieuw op.
De resterende acculading
controleren
Alleen voor accu´s waarvan het modelnummer
eindigt op "B".
Fig.3: 1.
Druk op de testknop op de accu om de resterende
rende enkele seconden.
Indicatorlampjes
Brandt
Uit
OPMERKING:
digheden en de omgevingstemperatuur, is het moge-
De trekkerschakelaar gebruiken
Fig.4: 1.
LET OP:
Alvorens de accu in het gereed-
schap te plaatsen, moet u altijd controleren of de
trekkerschakelaar goed werkt en bij het loslaten
terugkeert naar de stand "OFF".
trekkerschakelaar in. Hoe harder u de trekkerscha-
Laat de trekkerschakelaar los om het gereedschap te
stoppen.
OPMERKING: Het gereedschap stopt automatisch
wanneer u de trekkerschakelaar gedurende ongeveer
6 minuten ingeknepen houdt.
De lamp op de voorkant gebruiken
LET OP:
Kijk niet direct in het lamplicht of in
de lichtbron.
Fig.5: 1. Lamp
2.
Resterende
acculading
Knippert
75% tot 100%
50% tot 75%
25% tot 50%
0% tot 25%
Laad de accu
op.
opgetreden in
de accu.
-
Fig.6: 1. Knop
Om de lampstatus in te schakelen, houdt u de
knop
gedurende één seconde ingedrukt. Om de
lampstatus uit te schakelen, houdt u de knop
maals gedurende één seconde ingedrukt.
kerschakelaar in om de lamp in te schakelen. Om uit
te schakelen, laat u hem los. Ongeveer 10 seconden
nadat u de trekkerschakelaar hebt losgelaten, gaat de
lamp uit.
-
in.
OPMERKING: Om de lampstatus te controleren,
branden, is de lampstatus uitgeschakeld.
OPMERKING:
is, knippert het licht gedurende een minuut waarna
gereedschap afkoelen alvorens het weer in gebruik
te nemen.
OPMERKING: Gebruik een droge doek om vuil van
dat u de lens van de lamp niet bekrast omdat dan de
verlichting minder wordt.
OPMERKING: U kunt de lampstatus niet omschake-
len, zolang de trekkerschakelaar wordt ingeknepen.
OPMERKING: Ongeveer 10 seconden na het losla-
ten van de trekkerschakelaar kunt u de lampstatus
omschakelen.
De omkeerschakelaar bedienen
Fig.7: 1. Omkeerschakelaar
LET OP:
Controleer altijd de draairichting
alvorens het gereedschap te starten.
LET OP:
Verander de stand van de omkeer-
schakelaar alleen nadat het gereedschap volledig
tot stilstand is gekomen.
gereedschap beschadigd raken.
LET OP:
Zet de omkeerschakelaar altijd in de
neutrale stand wanneer u het gereedschap niet
gebruikt.
Dit gereedschap heeft een omkeerschakelaar voor het
veranderen van de draairichting. Druk de omkeerscha-
vanaf kant B voor de draairichting linksom.
stand staat, kan de trekkerschakelaar niet worden
ingeknepen.
42 NEDERLANDS
nog-
-