NEDERLANDS
114
Opmerking
• De ingrediënten moeten voor het stomen worden gewassen, geschild
en in kleine stukjes van maximaal 1 cm worden gesneden.
• Ontdooi bevroren, rauwe ingrediënten altijd voordat u ze in de
stoommand stopt om ze te stomen. Schud overtollig water van de
ontdooide ingrediënten voordat u ze in de kan stopt.
• Het apparaat begint niet met stomen als de kan en het deksel van de
kan niet goed op het apparaat zijn geplaatst (afb.
1
Druk de dekselgreep naar rechts om het deksel van de kan voor het
mengen te verwijderen (afb.
2
Doe vaste ingrediënten (gesneden in blokjes van ongeveer 1 cm) in
de stoommand. De ingrediënten mogen niet boven de bovenrand
van het stoompad op de mand uitkomen (afb.
3
Zorg bij het plaatsen van de mand terug in de kan dat het stoompad
zich tegenover de handgreep bevindt. U hoort een zachte 'klik' als de
mand in de juiste positie zit (afb.
4
Plaats het deksel op de kan en draai dit linksom totdat het goed
vastzit (afb.
).
j
5
Vergrendel de kan terug op het apparaat door de kan rechtsom te
draaien (afb.
k
Opmerking
• Het apparaat heeft groeven, zodat de vergrendelpinnen soepel
worden geleid en de kan stevig vastzit. Zorg dat de kan goed is
vergrendeld op het apparaat voordat u gaat stomen of mengen.
6
Als u het waterreservoir nog niet hebt gevuld met water om te
stomen, verwijzen we u naar het hoofdstuk 'Het waterreservoir vullen'
voordat u aan de slag gaat.
Opmerking
• Zorg dat het deksel van het waterreservoir goed op zijn plek is
vergrendeld.
7
Steek de stekker van het apparaat in het stopcontact.
).
c
i
).
en
j
k
).
h
).
).