GEBRUIK
2
3
4
NL 14
Ga als volgt te werk als u deze hoeveelheden wilt wijzigen:
1. Plaats één kopje onder de uitloopopeningen.
2. Druk op de tiptoets 'Soort koffie' (3) om de soort koffie te selecteren.
3. Druk op de tiptoets 'Eén kop koffie' (4) en houd deze ingedrukt
totdat 'HOEV. PROGRAMMEREN' in de display verschijnt. Het
6
apparaat maalt de bonen en vult de kop met koffie.
4. Druk opnieuw op de tiptoets 'Eén kop koffie' (4) als de gewenste
hoeveelheid koffie is bereikt. De gekozen soort koffie is nu op de
nieuwe hoeveelheid ingesteld.
Het maalniveau instellen
Wanneer u na de eerste kopjes koffie vindt dat de koffie te snel of te
langzaam (in druppels) doorloopt, kan de regelknop voor de maalgraad
van de koffiebonen worden bijgesteld.
De regelknop voor de maalgraad mag alleen worden bijgesteld
wanneer de koffiemolen draait (dus alleen tijdens het koffiezetten).
1. Trek het apparaat aan de handgrepen uit de kast
2. Druk op de tiptoets 'Eén kop koffie' (4).
3. Open de afdekkap van de koffieboonhouder.
4. Draai de knop naar links voor een fijner gemalen koffie, een
langzamere doorloop en meer crème. Draai de knop naar rechts
voor een grover gemalen koffie en een snellere doorloop (geen
druppels).
De aangepaste instelling is merkbaar nadat u ten minste 2 koppen
koffie hebt gezet.