Systeembeperkingen
Het opnamesysteem van uw MiniDisc-recorder verschilt aanzienlijk van dat van cassette-
en DAT-decks. Een en ander wordt gekenmerkt door de hieronder beschreven
beperkingen. Deze beperkingen zijn overigens inherent aan het MD-opnamesysteem en
hebben geen mechanische oorzaak.
Probleem
"TrFULL" verschijnt nog
voordat de disc de maximale
opnametijd (60, 74 of 80
minuten) heeft bereikt.
"TrFULL" verschijnt nog
voordat de disc het maximale
aantal muziekstukken of de
maximale opnametijd heeft
bereikt.
Muziekstukmarkeringen
kunnen niet worden gewist.
Hoewel er vele korte
muziekstukken zijn gewist,
neemt de resterende
opnametijd niet toe.
De totale opnametijd en
resterende opnametijd samen
blijven onder de maximale
opnametijd van de disc (van
60, 74 of 80 minuten).
56
-NL
Oorzaak
Als er 254 muziekstukken op de disc zijn opgeslagen,
verschijnt "TrFULL", ongeacht de verstreken opnametijd. Op
de disc kunnen niet meer dan 254 muziekstukken worden
opgeslagen. Als u wilt doorgaan met opnemen, moet
u overbodige muziekstukken wissen.
Herhaaldelijk opnemen en wissen kan fragmentatie en
verspreiding van gegevens tot gevolg hebben. Hoewel deze
verspreide gegevens kunnen worden gelezen, wordt ieder
fragment aangemerkt als een muziekstuk. Op deze manier kan
het aantal van 254 muziekstukken worden bereikt, waardoor
verder opnemen niet mogelijk is. Als u door wilt gaan met
opnemen, moet u overbodige muziekstukken wissen.
Wanneer de gegevens van een muziekstuk zijn gefragmenteerd,
is het niet mogelijk om een muziekstukmarkering te
verwijderen van een fragment dat korter duurt dan 12 seconden
(stereo-opname), 24 seconden (mono- of LP2-opname) of 48
seconden (LP4-opname). Het is niet mogelijk om
muziekstukken die in verschillende opnamestanden zijn
opgenomen, te combineren, bijvoorbeeld een muziekstuk dat in
stereo is opgenomen en een muziekstuk dat in mono is
opgenomen; het is ook niet mogelijk om een muziekstuk dat is
opgenomen met een digitale verbinding, samen te voegen met
een muziekstuk dat met een analoge verbinding is opgenomen.
Muziekstukken die korter duren dan 12, 24 of 48 seconden,
worden niet meegeteld, zodat het wissen ervan niet resulteert in
een toename van de resterende opnametijd.
Gewoonlijk wordt het opnemen gedaan in eenheden van
ongeveer 2 seconden (in stereo), 4 seconden (in mono of LP2-
stand), of 8 seconden (in LP4-stand). Wanneer de opname
stopt, verbruikt de laatst opgenomen eenheid altijd deze
complete eenheid van 2, 4 of 8 seconden, ook al duurt de
daadwerkelijke opname minder lang. Ook wanneer de opname
na een stop wordt hervat, voegt de recorder automatisch een
lege ruimte van 2, 4 of 8 seconden in voordat de nieuwe
opname begint. (Dit wordt gedaan om te voorkomen dat een
voorgaand muziekstuk per ongeluk wordt gewist wanneer er
een nieuwe opname wordt gestart). Telkens wanneer een
opname wordt gestopt, neemt de potentiële opnametijd dus af
met maximaal 6, 12 of 24 seconden.