schap gehandhaafd blijft.
- Vóór verder gebruik van het elektri-
sche gereedschap moeten bescher-
mingsinrichtingen of licht bescha-
digde onderdelen zorgvuldig op hun
foutloze en reglementair voorgeschre-
ven werking onderzocht worden.
- Controleer of de beweegbare onder-
delen foutloos functioneren en niet
klemmen en of er onderdelen bescha-
digd zijn. Al de onderdelen moeten
correct gemonteerd zijn en aan alle
voorwaarden voldoen om een fout-
loze werking te vrijwaren.
- Beschadigde beschermingsinrich-
tingen en onderdelen moeten zoals
reglementair voorgeschreven door
een erkende servicewerkplaats gere-
pareerd of uitgewisseld worden voor
zover niets anders in de gebruiksaan-
wijzing aangegeven is.
- Beschadigde schakelaars moeten op
een klantenserviceafdeling vervan-
gen worden.
- Gebruik geen elektrisch gereed-
schap, waarbij de schakelaar niet
in- en uitgeschakeld kan worden.
Gevaar voor verwondingen.
• Opgelet! Het gebruik van ander
elektrisch gereedschap en van andere
toebehoren kan een gevaar voor ver-
wondingen voor u betekenen.
• Laat uw elektrisch gereedschap
door een vakkundige elektro-
monteur repareren. Dit elektrische
gereedschap voldoet aan de ter zake
geldende veiligheidsbepalingen.
Reparaties mogen uitsluitend op een
gespecialiseerde werkplaats uitgevoerd
worden doordat er originele reserve-
onderdelen gebruikt worden; in het an-
dere geval kunnen er ongevallen voor
de gebruiker ontstaan.
Meer gedetailleerde
veiligheidsinstructies
• Sluit het apparaat uitsluitend op een
stopcontact met aardlekschakelaar (dif-
ferentieelschakelaar) met een toegeken-
de lekstroom van niet meer dan 30 mA
aan.
• Houd netsnoer en verlengkabel op een
veilige afstand van de slijpschijf en van
de zaagketting. Trek bij beschadiging
of bij het doorsnijden onmiddellijk de
stekker uit het stopcontact. Raak het
snoer niet aan voordat het van het
stroomnet verbroken is. Dit levert explo-
siegevaar op.
• De stekker of het elektrisch snoer moet
steeds door de producent van het
elektrisch werktuig of de klantendienst
ervan worden vervangen, zodat risico's
worden vermeden.
• Schakel het apparaat pas in als het vei-
lig op het werkblad is gemonteerd.
• Voor uw eigen veiligheid dient u alleen
accessoires en bijkomende apparaten
te gebruiken die in de gebruiksaanwij-
zing zijn vermeld en door de producent
van het werktuig worden aanbevolen of
vermeld.
• Gebruik uitsluitend door de producent
aanbevolen slijpgereedschap. Gebruik
geen zaagbladen. Zorg ervoor dat de
afmetingen bij het apparaat passen.
• Gebruik alleen slijpschijven, waarvan
het opgedrukte toerental minstens even
hoog is als het toerental op het type-
plaatje van het apparaat.
• Voer een visuele inspectie uit op de
slijpschijf voor gebruik. Gebruik geen
beschadigde of vervormde slijpschij-
ven. Vervang een versleten slijpschijf.
• Gebruik het apparaat nooit zonder
vonkenvanger of beschermkappen.
N L
6 5